ongeloof (Marcus 16,9-14)

ongeloof
Marcus 16,9-14
Toen hij vroeg op de eerste dag van de week uit de dood was opgestaan, verscheen hij eerst aan Maria uit Magdala, bij wie hij zeven demonen had uitgedreven. Ze ging het nieuws vertellen aan de mensen die hem hadden vergezeld en die nu om hem treurden en rouwden. Toen ze hoorden dat hij leefde en dat zij hem had gezien, geloofden ze het niet. Daarna verscheen hij in een andere gedaante aan twee van hen toen ze buiten de stad aan het wandelen waren. Ze gingen terug en vertelden het aan de anderen; maar ook zij werden niet geloofd. Ten slotte verscheen hij aan de elf terwijl ze aan het eten waren, en hij verweet hun hun ongeloof en halsstarrigheid, omdat ze geen geloof hadden geschonken aan degenen die hem hadden gezien nadat hij uit de dood was opgewekt.

Ik keek een keer naar vlinders op een vlinderstruik. Er kwam een wesp aanvliegen. Recht op een kleine vos af. De kleine vos viel naar beneden. Draaiend om zijn as. Ik dacht: wat is hier aan de hand? Ik keek waar hij lag. Hij leefde nog. Maar hij miste een poot. Had de wesp die afgebeten?

Misschien geloof je dat niet. Maar ik heb het zelf gezien. Stel dat tien mensen het gezien hebben. Zou je het dan geloven? Dit voorbeeld gaat over iets waar je je misschien nog iets bij kunt voorstellen. Wespen kunnen prooidieren vakkundig slopen. Maar er zijn ook dingen waar wij ons helemaal niets bij voor kunnen stellen. Bijvoorbeeld dat iemand wordt opgewekt uit de dood. Of zelf opstaat uit de dood.

Jezus verwijt zijn elf naaste leerlingen hun ongeloof. Hij verwijt hen niet dat ze er niks van begrepen dat Jezus was opgestaan uit de dood. Hij verwijt hen dat ze de getuigen niet hebben geloofd! Meerdere getuigen hadden Jezus na zijn opstanding uit de dood in levende lijve gezien. Die getuigen konden dat ook niet bevatten. Maar ze konden er niet onder uit: Jezus leeft! Jezus stuurde hen naar zijn elf leerlingen. Die hadden moeten luisteren naar het getuigenis van de anderen.

Straks zal Jezus hen zelf er op uit sturen. Als getuigen van Jezus die dood was, maar die leeft. Met de oproep om hun getuigenis aan te nemen. Als de mensen dan niet willen of het maar moeilijk vinden, dan kunnen die elf apostelen zich dat levendig voorstellen: zij waren zelf net zo!

Ken jij ook jouw verzet tegen Jezus als opgestane Heer? Hoe vaak leef ik niet alsof Hij nog gewoon dood is? Heer, sta op, ook in mijn leven!