Lezen: Deuteronomium 30:11-14 en Amos 8:11-14
Het volk zal zwerven van de ene zee naar de andere… om de woorden van de HEER te zoeken, maar ze zullen ze niet vinden. Amos 8:12
Heb jij een bril? Ben je jouw bril wel eens kwijt geweest? Soms lopen mensen overal te zoeken naar hun bril, totdat iemand hen vertelt dat ze hem al op hun neus hebben. Als je dat laatste niet onder ogen wilt zien, dan kun je blijven zoeken, maar vind je hem nooit.
De Israëlieten zullen honger en dorst hebben naar de woorden van de HEER. Ze zullen ze werkelijk overal zoeken zonder ze te vinden. Maar Jezus zegt dat wie zoekt zal vinden. De Bijbel noemt honger naar God een gave van God. Waarom vindt Israël van Amos’ dagen Gods woorden dan niet? Omdat je ook op de verkeerde plek kunt zoeken. De HEER heeft hen voor dat gevaar al gewaarschuwd. In Deuteronomium 30. Gods Woord is heel dichtbij. Maar als je dat afwijst en je gaat overal zoeken, behalve daar waar het is, dan zul je nooit vinden.
Wil jij wel echt de woorden van de HEER horen? Of luister je selectief en sluit je je hart en oren als God te dichtbij komt? Of als Hij iets zegt dat jou slecht uitkomt? Het evangelie is een kracht van God tot redding (Romeinen 1:16). Maar dan moet je Gods Woord, oftewel Jezus, wel willen ontvangen. Drink de Bijbel in. Woon er in. Zo maak je ruimte voor Jezus om te wonen in je hart. Hij wil je leren Gods woorden te doen.