Jezus gaat helemaal alleen zijn dood tegemoet.
Marcus 14,43-52
Nog voor hij uitgesproken was, kwam Judas eraan, een van de twaalf, in gezelschap van een met zwaarden en knuppels bewapende bende, die door de hogepriesters, schriftgeleerden en oudsten was gestuurd. Met hen had zijn verrader een teken afgesproken. Hij had gezegd: ‘Degene die ik kus, die is het. Neem hem gevangen en voer hem weg onder strenge bewaking.’ Toen hij eraan kwam, liep hij recht op Jezus af, zei: ‘Rabbi!’ en kuste hem. Ze grepen hem vast en namen hem gevangen. Een van de omstanders trok een zwaard, ging de dienaar van de hogepriester te lijf en sloeg hem een oor af. Jezus zei tegen hen: ‘U bent er met zwaarden en knuppels op uit getrokken om mij te arresteren, alsof ik een misdadiger ben! Dagelijks was ik bij jullie in de tempel om onderricht te geven, en toen hebben jullie me niet gevangengenomen; maar dit gebeurt omdat de Schriften in vervulling moeten gaan.’ Toen lieten allen hem in de steek en vluchtten weg. Een jongeman, die alleen een linnen kleed aanhad, probeerde bij hem te blijven, maar toen ook hij werd vastgegrepen, liet hij het kleed in hun handen achter en vluchtte naakt weg.
Wij hebben een prentenboek dat ‘Het NEE mannetje’ heet. Rik is boos omdat zijn tante hem vastpakt en een zoen geeft. Zij doet dat elke keer als ze komt. Hij vindt dat helemaal niet fijn. Boos gaat Rik naar zijn kamer. Hij tekent een mannetje. Dat springt van het papier en leert hem nee zeggen. Er zijn momenten dat nee zeggen hard nodig is. Luid en duidelijk.
Soms moet je nee zeggen! Maar hier in Marcus 14 is iets anders aan de hand. Jezus laat zich kussen door Judas. Een normale oosterse omhelzing en groet wordt gebruikt als teken van verraad. Net als vroeger toen Joab Amasa kuste om hem daarbij dood te steken. Jezus laat zich niet alleen kussen. Hij laat zich ook arresteren. Straks laat Hij zich ter dood veroordelen en aan een kruis spijkeren.
Soms moet je nee zeggen! Maar als Jezus vlak voor zijn zwaarste lijden staat dan zegt Hij ja. Op dat moment laten zijn leerlingen Hem in de steek. Een lijdende Redder is voor hen het breekpunt. Een laatste leerling wordt gegrepen door de soldaten. Maar zelfs hij laat zijn kleed achter en vlucht weg. Een beschamende vertoning. Niet in de eerste plaats omdat hij in zijn ondergoed of naakt ontsnapt, maar omdat ze allemaal Jezus alleen laten. Zo moest het gebeuren. Dat had Jezus al gezegd: “Ik zal de herder slaan en de schapen zullen verstrooid worden.”
Nee zeggen blijft voor ons soms hard nodig. Dat moeten we leren. Alleen: als Jezus vóór jou staat, die zich voor jou overgaf tot in de dood, zeg dan ja tegen Hem. Hij breekt je niet af, maar bij Hem vind je heelheid en leven.