een melaatse de stad in, Jezus de stad uit (Marcus 1,40-45)

een melaatse de stad in, Jezus de stad uit
Marcus 1,40-45
Er kwam iemand naar hem toe die aan huidvraat leed; hij smeekte hem om hulp en zei, terwijl hij op zijn knieën viel: ‘Als u wilt, kunt u mij rein maken.’ Jezus kreeg medelijden, stak zijn hand uit, raakte hem aan en zei: ‘Ik wil het, word rein.’ En meteen verdween zijn huidvraat en hij was rein. Jezus stuurde hem weg met de ernstige waarschuwing: ‘Denk erom dat u tegen niemand iets zegt, maar ga u aan de priester laten zien en breng het reinigingsoffer dat Mozes heeft voorgeschreven, als getuigenis voor de mensen.’ Maar toen de man vertrokken was, ging hij overal breeduit rondvertellen wat er gebeurd was, met als gevolg dat Jezus niet langer openlijk in een stad kon verschijnen, maar op eenzame plaatsen buiten de steden moest blijven. Toch bleven de mensen van alle kanten naar hem toe komen.

Melaatsen mochten niet in de stad komen. Ze moesten in afzondering leven. Ze waren onrein. Iemand die melaats is komt bij Jezus en smeekt Hem om hulp. Jezus kreeg medelijden, stak zijn hand uit, raakte de man aan en zei: “Ik wil het, word rein.”

De man mag het tegen niemand zeggen. Wel moet hij zich aan de priester laten zien en het voorgeschreven reinigingsoffer brengen. Maar de man is zo blij en dankbaar: hij gaat overal rondbazuinen wat Jezus heeft gedaan.

De gevolgen voor Jezus zijn groot. Hij kon niet langer openlijk in een stad verschijnen. Hij moest op eenzame plaatsen buiten de steden blijven. De rollen zijn omgedraaid! Eerst moest die melaatse man buiten de stad blijven op eenzame plaatsen. Jezus heeft hem genezen. Die man mag weer in de stad komen. Maar nu kan Jezus zelf niet meer in de stad komen.
Het is alsof Jezus zijn plaats inneemt. Jezus wordt niet melaats. Hoewel Hij onze ziekten op zich heeft genomen. Maar Jezus neemt zijn plek in: verbannen buiten de stad. Dat zal straks tot een hoogtepunt komen als Jezus sterft aan het kruis: buiten de poort heeft Jezus geleden.

Jezus heeft ook mijn ballingschap en eenzaamheid gedragen. Overal waar ik door ziekte en handicap buiten de gemeenschap sta. Ook door sociale beperkingen. Ook waar ik mij door mijn gedrag buiten de gemeenschap plaats. Ook waar ik teveel ben of mij teveel voel en denk: ik hoor hier niet bij. Jezus kent die plek uit ervaring. Hij wilde daar staan en dat op zich nemen. Mét mijn pijn en verdriet erover. Dank U wel Heer.