familie van Jezus (Marcus 3,31-35)

familie van Jezus
Marcus 3,31-35
Intussen waren zijn moeder en zijn broers aangekomen. Ze stuurden iemand naar binnen om hem te halen. Zelf bleven ze buiten wachten. Er zat een groot aantal mensen om hem heen, en die zeiden tegen hem: ‘Uw moeder en uw broers staan buiten en zoeken u.’ Hij antwoordde: ‘Wie zijn mijn moeder en mijn broers?’ Hij keek de mensen aan die in een kring om hem heen zaten en zei: ‘Jullie zijn mijn moeder en mijn broers. Want iedereen die de wil van God doet, die is mijn broer en zuster en moeder.’

In mijn studietijd deed ik aan stamboomonderzoek. Ik ging naar archieven. Ik ploos dingen uit. Ik las tijdschriften over stamboomonderzoek. Vaak stonden daar genealogieën in. Mensen waren trots dat ze familie waren van beroemdheden uit het verleden. Daar zijn wij gevoelig voor.

Maar wat als je familie van Jezus bent? Zouden mensen daar ook trots op zijn? Het is de vraag of je meer aanzien krijgt als je christen, dat is ‘van Christus’, bent. Jezus werd door zijn tijdgenoten uitgespuugd. Hij zegt dat zijn leerlingen daar ook mee te maken zullen krijgen.

Maar stel dat je familie wordt van Jezus, de Zoon van God? Dan worden wij ook kinderen van God. Samen met Jezus mee. Is dat niet het mooiste dat er is? Weer bij God de Vader kind aan huis zijn?

Hoe kun je familie van Jezus worden? Jezus kijkt om zich heen en zegt: “Als jullie Gods wil doen, dan zijn jullie allemaal mijn broers en mijn zussen.” Dat betekent dat God je adopteert als zijn kind. Jij en Jezus zeggen samen: “Onze Vader” tegen God.

Jezus heeft biologische broers en zussen. Maar zij worden pas met Hem mee kinderen van God als ze Gods wil doen. En dan niet alleen zij: dat geldt voor alle mensen. Niet alleen daar om Jezus heen, maar ook vandaag! En Maria? Die is zijn moeder, en als zij Gods wil doet draagt ze met eer de naam ‘moeder van Gods Zoon’.

Wat is dan Gods wil doen? Dat is: Jezus niet afwijzen, maar Jezus aannemen als je Redder en Heer. Vaders liefde door Hém ontvangen.