Genesis 1,27 Gods evenbeeld: de mens, mannelijk en vrouwelijk

Gods evenbeeld: de mens, mannelijk en vrouwelijk
Genesis 1,27
27 God schiep de mens als zijn evenbeeld, als evenbeeld van God schiep Hij hem, mannelijk en vrouwelijk schiep Hij de mensen.

Op God lijken gaat ook over dat God de mens mannelijk en vrouwelijk schiep. Daarin zijn ze beeld van Hem. Blijkbaar heeft de ene ware God mannelijke en vrouwelijke eigenschappen.

De Bijbel tekent God als Vader voor zijn volk. Bijvoorbeeld in Psalm 103,13: “Zoals een vader zich ontfermt over zijn kinderen, zo ontfermt zich de HEER over wie Hem vrezen.”
De Bijbel zegt ook dat God als een Moeder is voor zijn volk. Bijvoorbeeld in Jesaja 66,13: “Zoals een moeder haar zoon troost, zo zal Ik jullie troosten.”

God heeft ook mensen gemaakt met mannelijke en vrouwelijke eigenschappen. Maar hoe? Wat bepaalt je man of je vrouw zijn? Je lichaam en je geslacht? Of hoe je je voelt, man of vrouw? Er zijn ook mensen met geslachtskenmerken van man én vrouw, of juist van geen van beide. En er zijn ook mensen die zich man en vrouw allebei voelen, of geen van beide. Bovendien: Wat is typisch mannelijk en wat is typisch vrouwelijk? Dat wordt erg bepaald door de cultuur en de tijd waarin je leeft.

Over deze dingen is veel strijd. Ook in en vanuit de kerk. Mensen worden buitengesloten. Maar kijk in Genesis 1,27. Daar staat niet dat God een man en een vrouw schiep. Er staat wel dat God de mens schiep en dat Hij hen mannelijk en vrouwelijk schiep. Eerst komt het mens zijn. Dat wat wij allemaal gemeenschappelijk hebben. Wat er ook over gender, sekse, mannelijk en vrouwelijk te zeggen valt, en hoe verschillend we daarin ook zijn, wij allemaal zijn in de eerste plaats ménsen. Laten we daar beginnen. Weet je samen mens, geschapen naar Gods beeld. Vul elkaar aan. Laat samen God zien.