Nooit kan het geloof teveel verwachten. (Marcus 11,20-25)

Nooit kan het geloof teveel verwachten.
Marcus 11,20-25
Toen ze ’s morgens vroeg weer langs de vijgenboom kwamen, zagen ze dat hij tot aan de wortels verdord was. Petrus herinnerde zich het voorval en zei: ‘Rabbi, kijk, de vijgenboom die u vervloekt hebt, is verdord.’ Jezus zei tegen hen: ‘Heb vertrouwen in God. Ik verzeker jullie: als iemand tegen die berg zegt: “Kom van je plaats en stort je in zee,” en niet twijfelt in zijn hart, maar gelooft dat gebeuren zal wat hij zegt, dan zal het ook gebeuren. Daarom zeg ik jullie: alles waarom jullie bidden en vragen, geloof dat je het al ontvangen hebt, en je zult het krijgen. Wanneer je staat te bidden en je hebt een ander iets te verwijten, vergeef hem dan, opdat ook jullie Vader in de hemel jullie je misstappen vergeeft.’

“Alles waarom jullie bidden en vragen, geloof dat je het al ontvangen hebt, en je zult het krijgen.” Dat zegt Jezus. Pak maar een papier en schrijf alles op wat je zou bidden en vragen. Je kunt het zo gek of zo groot niet bedenken, Ik zorg ervoor. Zou Jezus dat bedoelen als Hij dit tegen zijn leerlingen zegt?

In het verband gaat het over Jezus op weg naar Jeruzalem. Jeruzalem dat hem zal overleveren aan de Romeinen. De Romeinen die Hem zullen kruisigen. Vandaag: “Hosanna”, morgen: “Kruisig Hem!” Een vijgenboom heeft geen enkel vruchtbegin. Jezus maakt die boom een teken voor Jeruzalem: Gister vervloekte Hij de boom, vandaag is die verdord.

Is er hoop voor Jeruzalem? Kan in zo’n anti-Jezus-stad toch nog een gemeente van Jezus Christus ontstaan? Daar zo’n gemeente stichten is voor mensen onmogelijk. Het is alsof je de Olijfberg opdraagt: “Kom van je plaats en stort je in zee.” Maar voor God is alles mogelijk. Straks stuurt Jezus zijn leerlingen er op uit om overal kerken van Hem te stichten. Ze moeten mensen winnen met Gods goede nieuws van Jezus. Gods nieuws van vergeving en leven door de dood van Jezus. Ze moeten zelf ook vergevingsgezind zijn en leren vergeven.

Op de Pinksterdag staan Jezus’ leerlingen midden tussen de inwoners van Jeruzalem. Jezus is uit de dood opgestaan en naar de hemel gegaan. Wat doen zijn leerlingen? Namens Jezus bieden ze vergeving aan. Ze bidden en ze vragen God dat mensen zich aan Jezus geven. En midden in Jeruzalem ontstaat een bloeiende gemeente van Christus.