God laat Elisa treden in de voetsporen van Elia. (2 Koningen 2,7-15)

Ben jij wel eens in de voetsporen getreden van iemand? Bijvoorbeeld letterlijk op het strand in rul zand? Of in meer figuurlijke zin, verder op de weg van je voorganger. God laat Elisa in de voetsporen van Elia treden. God roept ons om in de voetsporen van Jezus Christus te treden.

Preek over 2 Koningen 2,7-15:

Gemeente waar Jezus zoveel van houdt, gasten en luisteraars,

In de afgelopen zomervakantie hebben wij gekampeerd in Drenthe. Er was een meertje bij de camping met een strand. Eén of twee keer per week kwam er een trekker. Die maakte het strand weer egaal. Bulten weg, kuilen dicht. Je kreeg dan wel een bovenlaag van zacht zand. Rul zand. Als je daar overheen liep kreeg je diepe voetafdrukken in het zand. En veel zand aan je schoenen.

Als we gingen vissen moesten een stuk over het strand. Als de trekker net was geweest kon je door het losse zand. Je kon ook jouw voeten zetten in het voetspoor van degene die vóór jou liep. Dan kreeg je minder zand aan je schoenen.

Misschien ken je de uitdrukking ‘gaan of treden in de voetsporen van iemand’. Jij stapt dáár waar eerst degene voor jou heeft gelopen. Je volgt de weg die hij is gegaan. Op zo’n strand kun je dat letterlijk doen.

Treden in de voetsporen van je voorganger kan ook een figuurlijke betekenis hebben. Dan ga je verder met het werk dat jouw voorganger heeft opgestart. Je gaat door op de koers die hij is ingeslagen.

Vandaag kijken we naar de profeet Elisa.
Onderwerp: GOD LAAT ELISA TREDEN IN DE VOETSPOREN VAN ELIA.

Wat betekent het dat je christen bent? Oorspronkelijk werd de benaming christen gebruikt als scheldwoord. Voor de volgelingen van Jezus Christus. De leerlingen van Jezus gingen die naam christen gebruiken als erenaam: voor ons is het een eer dat we bij Jezus Christus horen.

Als christen treedt je ook in de voetsporen van iemand. Je treedt in de voetsporen van Jezus Christus. Christenen worden ook ‘mensen van de weg’ genoemd. Ze gaan een bepaalde route. Achter Jezus aan.
Hoe doe je dat? Wat betekent dat? En hoe kún je dat? Dat ontdekken we als we kijken welke weg God gaat met Elisa en als we dat leggen naast de weg van Jezus en ons.

Een christen is een volgeling van Christus. *Als het om Elisa gaat: Elisa is niet zomaar een profeet. God maakt Elisa niet maar profeet, God maakt Elisa de opvolger van de profeet Elia! Elisa moet verder gaan met het werk dat Elia is begonnen. *Als wij Christus volgen is er een verschil met Elisa die Elia volgt. Elia mag stoppen met werken. God roept hem naar de hemel. Elisa wordt zijn opvolger. Jezus Christus stopt nooit met werken. God roept Hem naar de hemel, maar Jezus werkt vanuit de hemel door. In die zin zijn christenen niet de opvolgers van Christus. Zij zetten wel Jezus’ werk voort, maar dat doet Jezus zelf door hen!

1 De weg van Elia
God laat Elisa treden in de voetsporen van Elia. Dat zie je in de eerste plek in de reis die Elisa maakt.

Eerst reizen Elia en Elisa samen. Daarna reist Elisa verder zonder Elia. Stel je voor dat je een reis hebt gemaakt. Als je aan anderen wilt duidelijk maken waar je langs bent gegaan, dan kun je dat op een plattegrond aanwijzen. Je kunt ook een reisverháál schrijven. Eén voor één komen de plaatsen voorbij waar je bent geweest.

1 Koningen 1 en 2 vertelt ook een reisverhaal. Als je kijkt naar de plaatsen die daar genoemd worden, dan valt iets op. Alles staat in het kader van Elia die in de hemel wordt opgenomen. Dus de reis van Elia met Elisa is een afscheidsreis.

De reis begon in Samaria. Via Gilgal, een profetenstad, gaat Elia met Elisa langs de profetensteden Betel en Jericho. Door de Jordaan. Naar de overkant. Daar wordt Elia in de hemel opgenomen. Maar daar stopt het reisverslag niet. Als Elia naar de hemel is opgenomen gaat Elisa de weg terug. Hij gaat precies dezelfde weg als die hij gekomen is samen met Elia. Naar de Jordaan. Dezelfde plek waar hij met Elia door de Jordaan was gegaan. Dan naar Jericho. Als je verder leest dan zie je Elisa daarna in Betel. Als laatste komt hij aan in Samaria.

In de voetsporen treden van iemand, dat kun je letterlijk doen. Jij zet jouw voeten precies op die plek waar je de voetafdrukken van je voorganger ziet. Of iets minder letterlijk: je neemt dezelfde weg als je voorganger. Dezelfde weg die Elia met Elisa de heenweg ging, die gaat Elisa nu zonder Elia terug.

Daar zit een betekenis in. Als je Elisa ziet, denk dan aan Elia! Hier loopt de man die verder gaat in het spoor van zijn meester. Elia is Gods profeet. God heeft Elia in de hemel opgenomen. Nu stuurt God Elisa. Luister niet alleen naar Elia. Luister ook naar Elisa. Ook door hem komt God naar jou toe. Geef hem hetzelfde respect als dat waarmee je Elia hebt behandeld.

Als Jezus gekomen is gaat Hij ook een bepaalde weg. Lucas zegt: “Toen de tijd naderde dat Jezus van de aarde zou worden weggenomen ging Hij vastberaden op weg naar Jeruzalem.” Jezus is in het gebied van de heidenen geweest. Vanuit Galilea gaat Hij door Samaria naar Jeruzalem. Voordat Jezus naar de hemel gaat zegt Hij tegen zijn leerlingen dat zij in zijn voetsporen moeten treden: “Ga van Mij getuigen in Jeruzalem, in heel Judea en Samaria, tot aan de uiteinden van de aarde.” Daar zie je dezelfde beweging: Jezus neemt zijn leerlingen mee via een bepaalde route. Na zijn hemelvaart zendt Hij hen uit langs dezelfde route, maar dan in omgekeerde volgorde.

Daar zit een betekenis in. Als je christenen ziet, denk dan aan Christus. Hier lopen mensen die verder gaan in het spoor van hun Meester. Negeer hen niet. Kijk naar hun Meester. Hoor zíjn stem achter hen. Alles wat je voor hén doet, dat heb je ook voor Jézus gedaan.

2 De mantel van Elia
God laat Elisa treden in de voetsporen van Elia. Dat zie je in de tweede plaats in wat Elisa doet met de mantel van Elia.

Als Elia en Elisa bij de Jordaan zijn aangekomen, dan neemt Elia zijn mantel. Hij doet zijn mantel af, hij wikkelt hem samen, hij slaat het water van de rivier. Dan gebeurt het wonder: het water verdeelt zich. Het vloeit weg naar twee kanten. Er ontstaat een pad dwars door de Jordaan. Elia en Elisa gaan er samen door. Over het droge.

Aan de overkant van de rivier is er opeens een vurige wagen met vurige paarden. Elisa bleef vanaf het begin dat hij Elia volgde onafscheidelijk bij zijn meester. Ook op zijn laatste reis naar hier. Maar nu worden ze toch gescheiden. Elia wordt in de wagen met paarden in een storm opgenomen in de hemel.

De mantel van Elia valt van Elia’s schouders op de grond. Elisa raapt de mantel op. Vanaf nu mag hij zelf de profetenmantel omdoen. Vanaf nu is hij de opvolger van Elia.

Elisa gaat terug naar de Jordaan. Naar dezelfde plek waar hij met Elia overstak. De vijftig profeten die met hen meegereisd waren zijn er ook. Vanaf een afstand zien ze Elisa terugkeren. Ze zien wat Elisa doet. Elisa neemt de mantel van Elia en hij slaat het water. Net zoals Elia deed. Dan gebeurt het wonder:
het water verdeelt zich. Het vloeit weg naar twee kanten. Er ontstaat een pad dwars door de Jordaan. Elisa gaat er door. Over het droge.

Weet je nog van Mozes? God gaf Mozes. Profeet en leider van Gods volk. God gaf zijn dienaar Mozes een staf in de hand die verwees naar Gód en zíjn macht. Door Mozes leidde God zijn volk uit een slavenbestaan in Egypte. God stuurde hen naar de Rietzee. Mozes houdt zijn staf boven de zee. Dan gebeurt het wonder: de Heer laat de zee terugwijken. Het water van de zee splijt. De Israëlieten kunnen dwars door de zee gaan, over droog land.
Dát wonder, daar doet deze tocht door de Jordaan aan denken. Zoals de staf van Mozes wees op de macht van Gód, zo verwijst de mantel van Elia naar de macht van Gód. God heeft Elia aangesteld als profeet. God gaf hem de volmacht om profeet te zijn. Elisa draagt de mantel van Elia. Op Elisa rust de volmacht die eerst op Elia lag.

Als je volmacht krijgt van God, hoe moet je die dan gebruiken? Denk nog maar eens aan de uitdrukking ‘in de voetsporen treden van’. Dat kan slaan op een weg die je gaat. Het kan ook slaan op een manier waarop je dingen doet. Elisa weet hoe hij die volmacht moet gebruiken: hij heeft heel goed naar Elia gekeken! Zoals Elia deed, net zo doet hij!

Later zal Jezus zijn leerlingen er op uit sturen. Eerst zijn twaalf apostelen, later 70 of 72 leerlingen, nog later geeft Hij aan al zijn leerlingen de opdracht om van Hem te getuigen. Jezus geeft zijn leerlingen daarbij ook volmacht. Niet met een staf of een mantel. Wel met de Naam van Jezus!

Jezus’ leerlingen weten hoe ze die volmacht moeten gebruiken: ze hebben heel goed naar Jezus gekeken! Zoals Jezus deed, net zo doen zij! Bijvoorbeeld door Gods goede nieuws door te geven en door zieken de handen op te leggen.
In Johannes 14,12 en 13 zegt Jezus: “Waarachtig, Ik verzeker jullie: wie op Mij vertrouwt zal hetzelfde doen als Ik, en zelfs meer dan dat, Ik ga immers naar de Vader. En wat jullie dan in mijn Naam vragen, dat zal Ik doen, zodat door de Zoon de grootheid van de Vader zichtbaar wordt.”
Wil jij in de voetsporen treden van Jezus? Volg Hem dan ook in zijn manier van handelen.

3 De God van Elia
God laat Elisa treden in de voetsporen van Elia. Dat hoor je bij wat Elisa roept aan de oever van de Jordaan.

Als Elisa weer terug is aan de oever van de Jordaan, dan doet hij precies wat ook Elia deed met zijn profetenmantel. Elisa voegt alleen iets toe. Hij roept de God van Elia aan: “Waar is de Heer, de God van Elia?”
Elisa beroept zich niet op Elia. Elisa beroept zich op God. *Vroeger liet God zijn volk met droge voeten gaan door de Rietzee. Mozes kon die zee niet splijten. Dat deed Gód. *Later liet God zijn volk met droge voeten gaan door de Jordaan. Jozua kon de Jordaan niet splijten. Dat deed Gód. *Zonet waren Elia en Elisa met droge voeten door de Jordaan gegaan. Nu staat Elisa er alleen voor. Elia is niet meer bij hem. Maar God is wel bij hem. Elía heeft zonet niet het water van de Jordaan gespleten, dat deed Gód.

Hier zie je Elisa als echte profeet van Gód. Hij weet zich gestuurd en gedragen door God. Hij dringt zichzelf niet als leider naar voren. Hij vraagt niet alle aandacht voor zichzelf. -Weet je dat Mozes vroeger een keer op de rots sloeg om water tevoorschijn te krijgen? Dat was de zonde van Mozes. God had gezegd dat Mozes tegen de rots moest spreken. Maar Mozes zei: “Waar zullen wíj water vandaan halen?” en toen sloeg hij op de rots. Die ene keer vestigde Mozes de aandacht op zichzelf. -Elisa wijst hier bij de Jordaan niet op zichzelf, maar op God. De dingen die ik doe voor het Koninkrijk van God zijn niet mijn werk, maar Gods werk.

Later komt Jezus, de Zoon van God. Hij wijst ook steeds op God, zijn Vader. Hij zegt: “Niets van wat Ik zeg komt van mezelf. Ik heb alles van mijn Vader. Niets van wat Ik doe komt van mezelf. Hij doet het door Mij.”

In de voetsporen treden van. Hier komt iets bijzonders aan het licht. Er is niet alleen een voorganger en een opvolger of een volger. Er is ook een zender.
Gód is de eigenlijke handelende persoon. En Hij blijft. Voor altijd. Ook in de wereldgeschiedenis vandaag heeft God de echte touwtjes in handen.
Mag dat ook in jouw leven zichtbaar worden? Dat jij de controle of de drang tot controle laat vieren? Dat je niet alles laat draaien om jou? Maar dat je Gód in het midden laat staan? Ook als Heer over jouw leven? Dat Gód door jouw mag spreken en dat Gód door jou mag handelen?

4 De Geest van Elia
God laat Elisa treden in de voetsporen van Elia. Dat zie je ook als je let op wat er gebeurt met de Geest van Elia.

Terwijl ze oversteken door een droog pad dwars door de Jordaan spreekt Elia Elisa aan. Op de grens mag Elisa een verzoek doen. Elia zegt: “Wat kan ik nog voor je doen vóór ik van je word weggenomen?” Elisa antwoordt: “Laat mij dubbel in uw Geest delen.” Preciezer gezegd: “Laat een dubbel deel van uw Geest op mij zijn.”

Het gaat hier over de Geest van God op Elia. Elia kon zijn werk als profeet alleen doen doordat de heilige Geest van God op hem rustte. Dat beseft Elisa. Elisa stelt een mooie vraag. Hij wil zijn werk op dezelfde manier doen. Niet in zijn eigen kracht, maar alleen door de kracht van de heilige Geest.

Op het eerste gezicht kan het lijken dat Elisa groter wil worden dan Elia. Alsof Elisa twee keer zoveel Geest wil ontvangen. Maar de Geest van God heb je niet een beetje of veel. Je hebt Hem wel of niet ontvangen. Toen God de Geest die op Mozes lag ook legde op zeventig oudsten werd de Geest daar ook niet minder van. Je kunt wel je meer of minder door Hem laten vervullen, maar daar gaat het hier niet over.

Dat dubbele deel dat Elisa vraagt, dat is een uitdrukking die gaat over het erfdeel van de oudste zoon. De eerstgeboren zoon kreeg een dubbel deel van de erfenis. Hij kreeg niet méér dan zijn vader bezat. Hij werd niet groter dan zijn vader. Hij kreeg bij de verdeling van de erfenis alleen twee delen in plaats van één deel. Misschien mee om zijn verantwoordelijkheden als oudste te kunnen dragen.
Elisa noemt Elia “mijn vader”. De band tussen Elia en Elisa was heel hecht. Elisa is de geestelijke erfgenaam van Elia. Hij krijgt als wettige opvolger een grote verantwoordelijkheid. Om die verantwoordelijkheid te kunnen dragen vraagt hij het aandeel van de eerstgeborene. Het is echt een mooie vraag: geef mij wat ik nodig heb om mijn verantwoordelijkheden aan te kunnen!

Deze vraag is te zwaar voor Elia. Logisch, want Elia beschikt niet over de Geest van God. Alleen God beschikt over zijn Geest. Daarom legt Elia de vervulling van Elisa’s wens in de handen van God. Hij geeft Elisa er een teken bij: “Als je ziet hoe ik van je word weggenomen, zal je wens vervuld worden, maar als je het niet ziet, gebeurt het niet.”

Wat dat betreft hoeft er voor Elisa geen onzekerheid te bestaan als het zover is: hij zag het gebeuren! God legt zijn Geest ook op Elisa. Elisa zal zijn taak aankunnen. Hij kan die taak aan dankzij de heilige Geest.

Straks gaat ook Elisa met droge voeten door de Jordaan. De vijftig profeten die staan toe te kijken zeggen: “De Geest van Elia is op Elisa neergedaald.” Ze erkennen dat ook Elisa de Geest van God ontvangen heeft. Ze gaan naar hem toe en knielen voor hem neer. Ze erkennen hem als de opvolger van Elia.

God laat Elisa gaan in de voetsporen van Elia. *Elisa gaat dezelfde route als Elia, in omgekeerde volgorde. *Elisa handelt op dezelfde manier als Elia. *Elisa staat in dienst van God, net als Elia. *En Elisa is tot zijn werk in staat door de kracht van dezelfde Geest die ook op Elia rustte. Elisa zal spreken met gezag. Hij zal zelfs wonderen verrichten. Dankzij de Geest van God.

Later stuurt God zijn eigen Zoon. Jezus. Het is bijzonder om te zien dat ook Jezus tot zijn werk in staat is door de Geest van God. Als Jezus gedoopt wordt, dan komt Gods Geest op Hem. Jezus spreekt met gezag. Jezus doet tekenen en wonderen. Dat doet Hij door de Géést die God op Hem heeft gelegd.

Dit is veelbetekenend ook voor ons. Later zal Jezus zijn leerlingen er op uit sturen om in zijn voetsporen te treden. *Dezelfde route die Jezus ging in omgekeerde volgorde. *Op dezelfde manier handelen als ze Jezus hebben zien doen. *In dienst van God getuigen van Jezus.
*Gods Geest zal hen Gods woorden in de mond leggen. Gods Geest zal die woorden onderstrepen met daden van kracht. Jezus zegt in Marcus 16: “De gelovigen die de wereld rondgaan en het goede nieuws verder brengen zullen herkenbaar zijn aan de tekenen van uitdrijvingen, onbekende talen spreken, immuniteit, en zieken genezen door hun de handen op te leggen.”

De vraag is niet of de opdracht van Jezus in Marcus 16 vandaag nog steeds geldt. Dat Jezus zijn leerlingen uitzendt. En of die belofte van Marcus 16 nog steeds geldt. God is niet veranderd. De vraag is wel of wij in Jezus’ voetsporen willen treden.
Amen

Liturgie:
Votum en groet
Zingen: Gereformeerd Kerkboek Gez.22: 1.2.3.4 [Uw Woord omvat mijn leven]
Wet
Zingen: Gereformeerd Kerkboek Ps.119: 1.14
Gebed
Lezen: 2 Koningen 2,1-18
Zingen: Gereformeerd Kerkboek Ps.114: 1.2.3.4
Lezen: Johannes 14,6-17
Tekst: 2 Koningen 2,7-15
Preek
Zingen: Gereformeerd Kerkboek Gez.161: 1.2.3.4 [Heer U bent mijn leven]
Dankgebed en voorbede
Collecte
Zingen: Gereformeerd Kerkboek Gez.64: 1.2.3 [Vrede zij u]
Zegen
Zingen (i.p.v. Amen): Nieuw Liedboek voor de Kerken 425 [Vervuld van uw zegen]