Het gebed van Jabes (1 Kronieken 4,9-10)

Hoe was jouw start in het leven? Ben je in liefde ontvangen en geboren? Of in kleine of grote moeilijkheden? Lang niet alle mensen hebben een goede start gehad. Maar wat als je een slechte start had? Is dan je leven verder zinloos en uitzichtloos? God geeft ons hoop door het gebed dat Hij Jabes op de lippen legt.

Preek:

Gemeente waar Jezus zoveel van houdt, gasten, luisteraars,

Er was eens een makelaar. Een makelaar helpt mensen om hun huis te verkopen. Maar deze makelaar had zijn naam niet mee. Hij heette Rothuizen. Je zult maar makelaar zijn, en op jouw pand van waaruit jij werkt staat met grote letters: makelaardij Rothuizen. Ik denk dat je dan niet veel klanten krijgt. Zo’n naam schrikt mensen af.
De makelaar bedacht een list. Hij vroeg of hij zijn naam mocht veranderen. Eén letter wilde hij toevoegen. En het mocht. Voortaan heette hij Rotshuizen. Makelaar Rotshuizen. Kijk, zo’n makelaar, daar wil je op bouwen.

Je zult je naam maar tegen hebben in je leven. Je roepnaam of je familienaam. Misschien word je elke dag om je naam gepest. Kun je begrijpen dat er mensen zijn die balen van hoe ze heten? Zeker als andere mensen ook nog denken dat ze zo zijn. Of als ze dat zelf zijn gaan denken. Ik ken mensen die om die reden hun naam veranderd hebben.

Misschien staat dat wat ver van je af, maar je mag ook denken aan niet je eigennaam, maar wel hoe je genoemd bent. Je zult maar rotkind genoemd worden. Of ellendeling. En dat elke dag naar je hoofd krijgen. Je zou er op het laatst zelf nog in gaan geloven. De kans dat je er in gaat geloven is groter dan dat je dat niet doet.

Hoe kom je daar ooit over heen? Als vanaf het begin alles misgegaan is in jouw leven, zoals bij Jabes, kun je daar overheen komen? Wat valt er nog te bidden als je je naam tegen je hebt? Of als je je reputatie tegen je hebt vanwege een schandvlek in jouw leven? Of omdat een naast familielid van je een misdrijf heeft gepleegd? Is dan je leven verloren?
Of het nu aan jezelf ligt, of aan een ander, is het: eenmaal een slechte naam, altijd een slechte naam? Wat valt er dan nog te bidden? Als je leven getekend is door pijn en verdriet, daar verandert toch niemand wat aan? Wat voor zin heeft bidden dan nog?

Maar God de Heer geeft mensen weer hoop. Als je op Hem vertrouwt dan kun je weer bidden en hopen. Midden uit de pijn. Denk maar aan wat God gedaan heeft in het leven van Jabes. Daar gaan we in de preek naar kijken.

Jabes, zijn naam klinkt als een vloek. Zijn naam betekent iets als: ‘hij die smart of pijn veroorzaakt’. Smartenkind. Pijnbrenger. Zo zul je maar heten. Zijn naam doet denken aan de vloek in Genesis 3,16 als God tegen de vrouw zegt: “Met smart, met pijn zul je kinderen baren.”

Jabes’ moeder heeft haar zoon met smart gebaard. Maar met pijn je kind baren, dat geldt toch voor elke bevalling? Pijnloze weeën bestaan niet. Of was de geboorte van Jabes een bijzonder pijnlijke bevalling?

Jabes’ moeder heeft zoveel pijn gehad, of ze heeft zo onder de pijn geleden, dat ze haar zoon nóemt naar de pijn!
Dat is opvallend, want meestal klinkt het: na de bevalling heb je jouw kind in de armen en is de pijn geleden. Je herinnert je wel dat je pijn had, maar je voelt de pijn zelf niet meer. Je hebt wel het geluk van: nu heb ik mijn kind in mijn armen. Tenminste, als het verder goed is gegaan.
Maar deze moeder ziet niet haar zoon, maar haar pijn! Dat is pijnlijk voor die zoon: hij wordt niet gezien! Hij weegt voor zijn moeder niet op tegen de pijn die ze gehad heeft.

Maar het ergste is nog hoe ze hem noemt: Jabes, hij die smart of pijn brengt. Voortaan zal ze, elke keer dat ze hem ziet en dat ze zijn naam noemt, terugdenken aan haar pijn. Als ze hem zo noemt, dan wil ze haar pijn niet vergeten. Elke keer schuift ze haar pijn vóór haar zoon: Daar heb je Jabes, smartenkind weer. Weet je nog wel? Wat deed dat zeer. En elke keer als die naam klinkt, en zelfs als ze hem ziet, want hij heet Jabes en, zeker in die cultuur: hij is Jabes, dan ziet zijn moeder niet haar zoon, maar haar pijn.

Het gaat hier niet alleen over de pijn van een moeder bij de bevalling. Hoe erg die pijn ook geweest is. Het gaat hier vooral over de pijn van een zoon sinds zijn geboorte. Vanaf dag 1 is hij niet gezien! Er ging geen dag voorbij, of zijn moeder negeerde hem en zag alleen haar eigen pijn. Het klinkt als: Daar heb je dat kind dat mij zoveel pijn heeft bezorgd. Had ik dat kind maar nooit gekregen.

Zoals Rachel haar tweede en jongste zoon Ben-oni (ongelukskind) noemt, als ze bij de bevalling sterft, zo krijgt deze Jabes een ongeluksnaam. Maar bij Rachel had je nog vader Jakob die de naam Ben-oni verandert in Benjamin (zoon van geluk). Alleen: zo’n vader lijkt hier te ontbreken, en Jabes draagt zijn leven lang de naam van Pijnbezorger.

Jabes heeft gehoord en gevoeld hoe zijn naam een vloek was. Door zijn moeder werd hij niet gezien. Haar pijn was belangrijker dan hij zelf. De mensen die met hem te maken kregen hoorden zijn naam, en hielden zich in. Deze man heet Pijnbezorger. Kom niet te dichtbij. Houd afstand van hem. Straks bezorgt hij jou ook nog pijn. Een naam die klinkt als een vloek nodigt niet uit om vrienden te krijgen. Zeker in die tijd. De pijn moet Jabes van het gezicht gestraald hebben.

Misschien heb jij ook wel pijn. Dat kan, zoals bij Jabes, teruggaan op heel vroeg in jouw leven. Als je uit een verkrachting geboren bent, in of buiten het huwelijk, dan heb je een heel andere start dan wanneer je uit liefde geboren bent. Als je niet gezien werd toen je ter wereld kwam, dan heb je een slechter begin dan wanneer je welkom was en gezien werd. Ook bij ons kan de pijn van het gezicht stralen.

Heeft bidden zin? Als alles toch al vast ligt? Jabes kan zijn leven toch niet overdoen? Misschien heb jij het zwaar in je leven en denk je: ‘Ik ben nu eenmaal zo.’ Of: ‘Er is toch niks meer aan te doen.’
Het is waar: God belooft ons geen leven zonder pijn. We leven op een gebroken aarde. Maar God wil je wel midden in alles wat er gebeurd is en speelt hoop geven. En God wil dat niet pijn jouw leven bepaalt, maar dat Hij dat doet!

Jabes kijkt verder dan zijn moeder deed. Hij hoort en ziet zijn naam. Hij kent de gevolgen. Maar Jabes zegt: Daar heeft God mij niet voor gemaakt! Om alleen maar pijn te hebben en om aan anderen pijn te brengen.

Jabes gaat bidden. Hij roept de God van Israël aan. Hij blijft niet steken bij de naam en de bestemming waartoe hij veroordeeld lijkt. Mijn naam zegt niet wie ik echt ben, maar Gód zegt wie ik echt ben. Mijn bestemming is niet pijn, maar mijn bestemming is de Heer.

Daar pleit Jabes op. God, U bent sterker dan de vloek die met mijn naam over mij is uitgesproken. Voor mijn moeder was ik niet welkom, maar voor U wel. U hebt mij niet gemaakt om getekend te zijn door pijn, maar om getekend te zijn door U. Dat úw handtekening op mij staat. I am Gods original creation. Ik ben door God eigenhandig geschapen.

Kijk, je leven kan een puinhoop zijn en er kan van alles misgegaan zijn in jouw leven, maar blijf niet stilstaan bij die puinhopen, maar ga elke keer naar Gods bestemming voor jou.
Jabes weet: God heeft mij niet gemaakt om pijn te brengen, maar God heeft mij gemaakt om zijn zégen te ontvangen en om aan anderen zégen te brengen! Dat is kijken door Góds ogen! Gods doel en bestemming voor jou is niet de vloek van Genesis 3, maar de zegen van Genesis 12: “Ik zal jou zegenen en tot een zegen doen zijn.” Dat beloofde God aan voorvader Abraham. Als je vertrouwt op Jezus dan geldt die belofte ook voor jou. Vraag God daarom: “Heer, maak mij tot een zegen!”

Zie je hoe Jabes een stap zet? Hij zet een stap in geloof. Niet mijn afkomst en mijn geschiedenis bepalen wie ik ben, maar Gód bepaalt dat. God heeft mij niet gemaakt om mensen pijn te bezorgen, maar om mensen zegen te bezorgen. Dat heeft God beloofd en op basis van die belofte gaat Jabes bidden. Bidden in de Bijbel is God vragen wat Hij zelf heeft beloofd.

Zo vraagt Jabes God de Heer om zijn zegen.
-Hij vraagt om vergroting van zijn grondgebied. Had hij een klein stukje land dan? Te klein om met zijn gezin van te leven? Of was het zo: Jabes leefde in de tijd dat het volk Israël het door God beloofde land in bezit nam. Het kan ook zijn dat hij vraagt bezit te mogen nemen van het erfdeel dat God zelf aan hem en zijn familie heeft beloofd.
-Jabes vraagt om Gods nabijheid: Wilt U met mij zijn, laat uw hand met mij zijn.
-En hij vraagt om bescherming tegen het kwaad, zodat hij geen pijn hoeft te lijden. Dat kwaad is hier het kwaad dat in zijn naam Jabes ligt besloten. Jabes vraagt om opheffing van die vloek. “God, verander de vloek in een zegen. Laat mijn ongeluksnaam niet over mij heersen, maar wilt U over mij heersen! Met mijn naam en mijn geschiedenis heb ik elke keer pijn. Wilt U die macht van het kwaad verbreken en mij juist uw zegen geven.”

Deze stap zet Jabes biddend. Hij bidt dwars tegen zijn levensweg in. En God is er blij mee! Stel je voor. Denk eens aan jouw leven. Misschien heb jij de moed wel opgegeven om te bidden. ‘Met mijn leven wordt het toch nooit wat hier op deze aarde.’ ‘Ik heb teveel meegemaakt.’ Nou, het klopt dat we nog niet op de nieuwe aarde leven. Maar tegelijk geldt: hoe kijk je? Kijk je als Jabes’ moeder alleen naar de pijn? Of kijk je als Jabes naar Gods bestemming voor jou? Hoe sta jij in het leven? Welke richting bid jij uit?

Jabes’ leven wordt niet bepaald door de pijn van zijn moeder, hoe diep en hoe echt die ook was. Haar bestemming is trouwens ook niet pijn. Jouw leven wordt niet bepaald door een slechte start. Door het noodlot. Of door een misstap of een ongeluk onderweg. Jezus zegt: “Kom bij Mij met je lasten en geef ze aan Mij!” Vertrouw je met al je pijn toe aan Jezus. Dan zal Hij je jouw bestemming laten zien. En je weer die richting op laten leven.

Ik zal je vertellen waarom je juist daarvoor bij Jezus Christus moet zijn.
Jabes heet Smartenkind. Maar Jabes kon de smart van zijn moeder niet dragen. Hij had genoeg aan zijn eigen last. En zelfs die kon hij niet dragen. Maar God is onverdiend goed voor ons. Wij hadden zijn zegenstroom geblokkeerd door onze opstand tegen Hem. Maar Hij wil echt zijn zegen laten stromen. Over ons en door ons heen. Daarom heeft Hij zijn Zoon gestuurd. Jezus. De echte Man van Smarten. God stuurde Hem om onze schuld op zich te nemen. En onze pijn en smarten. Die droeg Hij weg aan het kruis. God vraagt dat wij vertrouwen dat Hij dat ook voor ons heeft gedaan. Ook jij, dat Hij dat deed voor jou persoonlijk. Als je Hem ontvangt, dan kan Gods zegen weer stromen ook door jou heen.

God laat zijn zegen weer stromen. Ook door Jabes heen! God zegende Jabes zichtbaar. Het was te zien: Jabes stond in hoger aanzien dan zijn broers. Jabes kreeg een groter grondgebied. Gods hand was met hem.

Jabes bad om bescherming tegen het kwaad. Dat was geen gebed om bescherming tegen het kwaad in het algemeen, maar tegen het kwaad dat mee was gekomen in en door zijn naam: ‘De afwijzing bij mijn geboorte en elke dag daarna. De pijn die ik zelf daardoor ondervonden heb. Wat ik met mijn naam bij andere mensen losmaak. Eventueel ook: Waar ik zelf in ben gaan geloven.’
Dat wordt door God verbroken.

En kijk dan wat de gevolgen zijn: Jabes brengt geen pijn meer, maar Jabes brengt zegen. Hij kan weer Gods zegen doorgeven. Daar had God hem voor gemaakt en bedoeld!
Daarmee zien we ook: Jabes’ vraag om een zegen is niet egoïstisch, voor zichzelf alleen, maar hij bidt om zegen zoals God zegen bedoelt: om tot een zegen te zijn. Dát was wat Jabes bad: “Heer, laat me niet meer tot pijn, maar tot zegen zijn!”

De vloek is dat Gods zegen niet meer stroomt. De opheffing van de vloek is dat Gods zegen weer gaat stromen.

Nu is het wel belangrijk om dit goed te zien. Dat God Jabes gaat gebruiken tot een zegen, dat houdt niet in dat Jabes nu nooit meer pijn zal hebben. Jabes krijgt geen nieuwe naam. Pas als we Jezus oog in oog ontmoeten krijgen we een nieuwe naam die echt bij ons past en aangeeft wie we zijn, en zullen we dat uitleven. (Opb.2,17) Maar het houdt wel in dat God de angel uit zijn naam haalt. God laat zijn zegen stromen juist op deze gebroken aarde!

Dus: Gods zegen is niet: ik neem de pijn weg. Maar Gods zegen is: Ik ben bij jou en door jou heen kom ik naar de mensen toe. Zelfs met jouw pijn kun je tot een zegen zijn! Juist door Jabes met zijn pijnlijke verleden kan God tot een zegen zijn voor alle mensen om Jabes heen die ook weet hebben van pijn in hun leven. Ook voor jou en mij.
Let op: Juist door de dingen die jij het moeilijkst vindt in jouw leven kan God jou, als je Hem toelaat, gebruiken tot een zegen voor andere mensen die daar ook mee kampen.

Het is wonderlijk gesteld dat juist dit gebed van Jabes en Gods verhoring van zijn bidden in de Bijbel staat. Twee kleine verzen in lange Bijbelhoofdstukken vol namen. God vond het belangrijk dat wij weten van Jabes’ bidden en van Gods verhoring. Ken jij pijn in jouw leven? Dan zal juist dit stukje in de Bijbel bij jou blijven haken. Er zijn meer mensen met pijn in hun leven dan je denkt. Juist door wat God hier doet geeft Hij troost aan mensen vol pijn.

Hoe bidden wij? *Ik bid vaak in wanhoop. Probleemgericht. Maar God leert mij bidden in hoop. *Ik bid vaak omdat ik denk daarmee dingen voor elkaar te kunnen krijgen. Oplossingsgericht. Maar God leert mij bidden in zijn naam op basis van wat Hij heeft beloofd. *Ik bid vaak probleemgericht en oplossingsgericht, maar God leert mij bestemmingsgericht bidden!

Wat kennen veel mensen pijn in hun leven. In een spreekwoord zeggen we: Elk huis heeft zijn kruis. Hoe hebben we daarmee om te gaan? Als jij voor jouw idee getekend bent voor het leven? Als je denkt: ik heb teveel meegemaakt? Of: met mij wordt het nooit wat? Of: ik ben nu eenmaal zo?

Meneer Rothuizen kon zijn naam nog veranderen. Wij kunnen veel dingen niet veranderen of overdoen. Maar God geeft ons door wat Hij ons door het gebed van Jabes leert hoop.

God belooft jou en mij geen leven zonder pijn, maar wel zijn zegen. Hij wil ons door Jezus zegenen en tot een zegen doen zijn. Bid daarom.

Doe dat dan niet op deze manier: Maak van het gebed van Jabes geen mantra. Er zijn christenen die elke dag Jabes’ gebed bidden, in precies dezelfde woorden als die Jabes gebruikte, en dan zeggen: “Het helpt echt.” Dat is geen bidden, maar dat is magie. Dat heeft niks te maken met vertrouwen op God, maar alleen op je eigen vaste ritueel.

Maar gooi daarmee niet het hele gebed van Jabes over boord. Leer wel bidden als Jabes. Vraag God om jou zijn bestemming voor jou te laten zien!
-Denk nooit: ‘Mijn leven is een puinhoop, zo is het nu eenmaal, het zal ook nooit meer wat worden.’ Denk niet: ‘Ik stel niks voor, niemand wil mij, voor God en mensen ben ik waardeloos.’ Voor Jabes zou de ergste pijn zijn dat hij zelf in de vloek van zijn naam geloofde. Dat hij zichzelf pijnigde met zijn leven en zijn geschiedenis en zijn ellende. Maar hij keek daar juist boven uit, dankzij de genade van God.
-Denk ook niet: Ik zal mijn leven wel even veranderen en zorgen dat ik iets voor anderen ga betekenen. Ik los de boel wel even op.

Doe dat niet, maar geef jouzelf met jouw leven aan God. Bid dat God jou zijn bestemming voor jou laat zien. Luister naar Hem. En bid dat God tot zijn doel komt met jou.
Amen

Liturgie middagdienst:
Mededelingen
Zingen: Gereformeerd kerkboek Ps.23: 1.2.3 waarin we ons toevertrouwen aan God de Heer als onze Herder.
Stil gebed
Votum en groet
Zingen: Gereformeerd kerkboek Gez.164 (Jezus vol liefde)
Gebed
Lezen: 1 Kronieken 4,1-12 over de nakomelingen van Juda.
Zingen: God zal het onheil van Jabes weren. Gereformeerd kerkboek Ps.18: 1.9.15
Lezen: De naam Jabes betekent Smartenkind. Wij lezen van God die zijn eigen Zoon
zond om onze schuld en smarten te dragen. Jesaja 53,1-5
Tekst: 1 Kronieken 4,9-10
Preek
Zingen: Opw.599 (Kom tot de Vader.)
Geloof: Geloofsbelijdenis op de melodie van Paul Chr. van Westering in beurtzang
Dankgebed en voorbede
Collecte
Zingen: Opw.710 (Zegen mij op de weg die ik moet gaan.)
Zegen St.Patrick