Pinksteren (Handelingen 2,39)

Het Pinksterfeest gaat over Jezus die vanuit de hemel Gods Geest uitdeelt aan al zijn leerlingen. De Geest van God geeft de aarde een nieuw gezicht. Daar wil Jezus door Gods Geest ook jou voor gebruiken.

Preek over Handelingen 2,39:

Gemeente waar Jezus zoveel van houdt, gasten en luisteraars,

Het Pinksterfeest is het feest waarop Jezus de Geest van God uitgiet over al zijn leerlingen. God had al lang geleden beloofd zijn volk de heilige Geest te geven. Gelovigen zagen uit naar de komst van Gods Geest. Nu, op de Pinksterdag, is het eindelijk zover.
Maar waarom zou je verlangen naar de heilige Geest? Verlang jij naar de heilige Geest? Wil je Hem ontvangen? En als je Hem ontvangen hebt: Wil je helemaal vol worden van de heilige Geest? Waarom zou je dat willen?

Denk eens aan de schepping en de seizoenen. In de winter lijkt alles kaal. In het voorjaar loopt alles uit. Bomen schieten in blad. Bomen en planten gaan bloeien. De aarde krijgt een nieuw gezicht. De Bijbel zegt dat dat het werk is van de heilige Geest.

Veel mensen houden van de lente. Als alles weer uitloopt en groen wordt. Het is een beeld voor nieuw leven. Niet alleen de áárde krijgt door de Geest elke keer nieuw leven. Door de Geest van God krijgen wíj dat ook. God wil ons leven vernieuwen. Door Jezus. Door de heilige Geest. Wij mogen elke keer opnieuw beginnen. Daarom is na Pinksteren de kleur van het kerkelijk jaar groen. Kleur van nieuw leven.

Denk aan Psalm 104. De dichter zegt: Alle schepselen zijn afhankelijk van God die hen de levensadem geeft. Als God hun levensadem ontneemt dan sterven ze. Als God zijn adem of zijn Geest uitzendt, dan leven ze.

Stel je voor dat vandaag alle mensen op aarde helemaal gevuld zouden zijn met Jezus en Gods Geest. Dan zou niemand iets tekort komen. Dan zouden we de goede gaven die we van God kregen graag wereldwijd met elkaar delen. Dan zouden we ook goed met de aarde omgaan. Dan zouden mensen niet meer leven ten koste van zichzelf en elkaar en de aarde. Dan zou God zelf door al die mensen heen zichtbaar worden. In zijn belangeloze liefde, bescherming en zorg.

Snap je dat mensen verlangden naar de uitstorting van de heilige Geest? Op het Pinksterfeest waar Handelingen 2 van vertelt is het zover. Jezus deelt Gods Geest uit. Onderwerp: PINKSTEREN: GOD BELOOFT ZIJN GEEST OOK AAN JOU!

Vanuit de hemel komt een geluid. Een sterke trilling. Het zijn geen F-16s die meedoen aan een oefening vanaf luchtmachtbasis Leeuwarden. Het is het geluid van een harde windvlaag.
Plotseling is het geluid er. Wij kunnen Gods Geest niet oproepen op ons commando. We mogen wel bidden om de heilige Geest. Jezus heeft gezegd dat Hij dat gebed altijd zal verhoren.
Het geluid komt uit de hemel. Het geluid legt een route af. Het gaat naar het huis waar Jezus’ leerlingen allemaal bij elkaar zijn. Het gaat het huis binnen.
Dat geluid van die windvlaag is hier een teken van de komst van de heilige Geest. In de taal van het oude testament heb je één woord voor wind en Geest.

Er is nog een opvallend verschijnsel. Opeens is er vuur. Het ene vuur verdeelt zich over alle aanwezigen. Op elk hoofd komt een vlam. Een vlam in de vorm van een tong. Die vlam is ook een teken van de heilige Geest. Jezus stort Gods Geest uit. Het is net als bij Mozes. Toen nam God van de ene Geest die op Mozes lag en legde die ook op 70 óudsten. Hier laat God Jezus’ léérlingen delen in de ene Geest van God. Alleen: bij Mozes ging het om een beperkte groep die de Geest van God kreeg. Op de Pinksterdag krijgen álle leerlingen van Jezus die Geest van God.

Het geluid van de windvlaag vult het hele huis. Wat verwacht je als dat huis daar vol van is? Dan verwacht je dat de mensen die daar zijn niet binnen blijven, maar naar buiten gaan! Dat blijkt ook uit het vervolg. Het is hier veel te vol. Als je vol bent met de heilige Geest, dan drijft de Geest jou naar buiten! Jij moet naar buiten. En Hij wil door jou heen naar buiten toe.

Intussen zijn de inwoners van Jeruzalem toegestroomd. Zij hebben dat geluid gehoord. Ze zijn er achter aan gegaan. Ze kwamen bij het huis waar al die leerlingen van Jezus waren. Die inwoners van Jeruzalem komen voor een groot deel oorspronkelijk uit het buitenland. Vers 5 zegt dat ze wonen in Jeruzalem. Ze zijn blijkbaar geboren en getogen in de diaspora. Dat zijn landen waar Gods volk vroeger naar toe is gedeporteerd. Deze Joden hebben als moedertaal de taal van het land waar ze geboren en opgegroeid zijn. Ze zijn op latere leeftijd naar Israël gekomen. Ze wilden in Jeruzalem wonen en als hun tijd gekomen was dáár sterven. Het zijn vrome Joden: ze zien uit naar de vervulling van Gods beloften.

De toegestroomde Joden horen Jezus’ leerlingen spreken in hun eigen moedertaal! Daar zijn ze stomverbaasd over. Die leerlingen van Jezus hebben geen talenstudies gevolgd. Hoe kan het dan dat wij hen ieder in onze eigen taal horen spreken? Ze praten over de grote daden van God! Ze hebben het over Jezus. Maar Jezus is toch verleden tijd? Wat betekent dit allemaal?

Petrus komt naar voren met de andere apostelen. Petrus neemt het woord. Hij zegt: Weten jullie nog van de oude profetie van Joël? Dat God zijn Geest zal uitgieten op het hele volk? Jullie verlangen er toch naar dat God zijn beloften vervult? Kijk dan goed. Wat hier nu gebeurt dat is exact wat Joël aankondigde.

In de tijd van Joël was er een periode van droogte geweest. Daarna was er een enorme sprinkhanenplaag. Een sprinkhanenplaag is een ramp voor het land, en voor mens en dier. De sprinkhanen vreten alles kaal. Eerst het groen. Uiteindelijk zelfs de bast van de bomen. Er blijven alleen kale witte stammen en takken over. De vrouwtjes leggen eitjes. Daar komt een veelvoud van nieuwe sprinkhanen uit. Zij vreten al het groen dat weer tevoorschijn komt weg. De gevolgen zijn jaren merkbaar. Met grote hongersnood.

Die kale, verwoeste aarde was er in de tijd van Joël echt. Tegelijk zat daar ook een symboliek in. Joël laat zien dat die hongersnood in zijn dagen een signaal was van God. Het volk van God was God ontrouw geworden. Joël zegt niet waarin. Uit andere profeten uit die tijd weten we om wat voor dingen het ging. Gods kinderen kwamen alleen nog voor de vorm bij God in de tempel. In de praktijk van hun leven van alledag dachten ze niet meer aan God. Ze leefden ten koste van hun medemensen. Er was groot sociaal onrecht.

Denk aan de gevolgen van die sprinkhanenplaag: die kale verwoeste aarde laat zien wat er van ons, mensen, en van de aarde wordt als wij los van God gaan leven en alleen nog maar ten koste van elkaar leven. Dan wordt alles woest en leeg. Als in het begin. Voordat God de Heer door zijn Geest alles op orde bracht.

Joël roept zijn volksgenoten tot omkeer: Keer terug tot de Heer jullie God. Alleen bij Hem vind je leven. Hij heeft de aarde gemaakt. Hij maakte de aarde voor de mens om daar op te wonen. Om het goed te hebben. Om te genieten van God. Om te genieten van al Gods gaven. Om daar als Gods mensen sámen van te genieten. Dat is het echte leven. Als je dat wilt, keer dan terug naar God. Alleen Hij kan dat leven aan jullie geven.

De mensen gaven blijkbaar gehoor aan de oproep van Joël. Ze keerden terug naar God. Dan geeft God een belofte. God zegt: Er komt een tijd dat ik mijn Geest zal uitgieten over heel het volk. Ongeacht hun leeftijd. Ongeacht hun rang of stand. Ik zal onder hen wonen. Mijn Geest zal hen leren om weer mens te zijn. In een herstelde verhouding tot Mij, tot jezelf, tot elkaar en tot de schepping.

Stel je voor dat die tijd aanbreekt. Dan is er hoop voor de aarde. Als woonplaats voor de mens. Dan is er hoop voor de mens. Ieder persoonlijk. En allemaal samen. De aarde wordt weer leefbaar.

Vijftig dagen nadat Jezus uit de dood is opgestaan is het zover. De profetie van Joël komt uit. Gods Geest wordt uitgestort op al Jezus’ leerlingen.

Wat zou jij willen? Verlang jij naar een aarde die niet steeds meer kapot gaat, maar die heel is? Verlang jij ernaar dat mensen op aarde in vrede met elkaar leven? Dat er geen oorlog en terreur meer is? Zou jij graag weer mens willen zijn op de manier waarvoor God mensen oorspronkelijk gemaakt heeft? Wil je vol worden van de Geest van God? Zodat God ook jou daarvoor kan gebruiken?

Maar hoe kun je die Geest van God krijgen? De inwoners van Jeruzalem zien Jezus’ leerlingen die vol zijn van Gods Geest. En zij dan? Joël beloofde toch dat God zijn Geest zou uitgieten over heel het volk?

Petrus legt uit hoe mensen de Geest van God kunnen krijgen. Wil jij door de Geest van God meewerken met God in zijn goede zorg voor de aarde en de mensen die daarop wonen? Ga dan naar Jezus toe. Jezus is de Zoon van God. Jezus is vol van Gods Geest. Jezus is geen verleden tijd. Hij is wel gekruisigd en gestorven en begraven. De inwoners van Jeruzalem hebben daar zelf aan bijgedragen. Maar God heeft Jezus opgewekt uit de dood. God heeft daarna Jezus laten plaatsnemen naast zichzelf op Gods troon. God heeft aan Jezus de heilige Geest gegeven. Niemand anders dan Jezus heeft de Geest van God op ons uitgegoten.

Jezus is niet alleen vol van Gods Geest. Jezus is ook degene die Gods Geest uitdeelt. Daarom geldt: Wil jij de heilige Geest ontvangen, dan moet je naar Jezus gaan. Alleen Hij beschikt over de Geest van God.

Denk eens aan de aarde in het voorjaar: de aarde krijgt een nieuw gezicht. Denk eens aan de mensen die op aarde wonen. Stel je voor dat zij altijd het goede voor elkaar zoeken. En voor de aarde. Daardoor krijgt de aarde ook een nieuw gezicht. In en door die mensen. Om dát mogelijk te maken stuurde God Jezus. En met het oog daarop deelt Jezus de Geest van God uit.

Maar stel dat je altijd zonder Jezus hebt geleefd. Of je bent wel opgegroeid met God en Jezus en de Bijbel, maar je doet er niks meer aan. Zit God dan op jou te wachten? Hoe weet je of God en Jezus de heilige Geest ook aan jóu willen geven?

Denk dan aan de inwoners van Jeruzalem. De mensen die daar om de leerlingen van Jezus heen staan hebben een geschiedenis. Zij waren erbij toen Jezus voor Pilatus stond. Zij riepen om het hardst: “Kruisig Hem!”
Snap je dat die mensen de schrik van hun leven krijgen? Jezus is God. Jezus deelt Gods Geest uit. Wij hebben Jezus de dood ingejaagd. Wat moeten we doen?

Petrus wijst de weg. De weg die hij hen wijst is dezelfde weg die Joël aan de mensen wees. Dit is de weg om Gods Geest te ontvangen: Keer om! Ga terug naar God. Als je met berouw bij God komt en graag weer met God op aarde wilt leven, dan zal God je dat leven volop geven.

Maar het probleem is juist, dat wij als mensen vanuit onszelf allemáál niet meer met God te maken willen hebben. We zitten liever zelf op de troon. Wie zal ons verlangen naar Gód leren? Precies daarvoor gaf God Jezus. Geen mens verlangde zo naar God als Jezus, de eigen Zoon van God. Geef je over aan Jezus. Vraag Hem of Hij jou dat verlangen naar God wil leren. Steeds weer.

Petrus zegt het zo: “Keer om, terug naar God de Vader. Laat je dopen op de Naam van Jezus. Laat je overschrijven op zijn Naam. Jezus brengt je weer bij God. Jezus zal jou dan ook de heilige Geest geven.”
God blijft dat beloven. Aan deze Joden uit Handelingen 2 die in Jeruzalem wonen, en aan hun kinderen, en aan allen waar die maar wonen, en die God roepen zal.

Dat is fantastisch nieuws. Ook als je nooit áán Jezus hebt gewild. Ook als je Jezus’ Naam wel noemde, maar intussen eigen baas speelde. Ook als je Jezus liever dood zag. Als verleden tijd. Dan nog komt God in Jezus naar je toe. Hij steekt zijn hand naar je uit. Hij zegt: Ook jij kunt het cadeau van de heilige Geest ontvangen. Als je Hem wilt aannemen uit de hand van Jezus. Dat is Pinksteren: God geeft een nieuw begin aan ons, mensen, die eerst van God afstand hadden genomen. Neem dat aan van Jezus die beschikt over Gods Geest.

Weet je nog van de nieuwe schepping, de nieuwe aarde, nieuwe mensen? Is dat geen toekomstmuziek? Het is waar: de hemel op aarde is er nu nog niet. Dat komt nog. Als Jezus terugkomt. Maar in alles wat gebroken is wil God nu al iets daarvan laten zien. De oude klanken van het paradijs waar alles goed was. De nieuwe klanken van de nieuwe aarde. Dat nieuwe leven wil God laten zien door jou en mij. Als je naar Jezus gaat en je vraagt Hem om de Geest van God, dan gaat Hij je dat leren.

Kijk maar naar de inwoners van Jeruzalem. Rond de 3000 mensen vertrouwen zich toe aan Jezus. Ze laten zich overschrijven op zijn Naam. Ze ontvangen de heilige Geest. Ze horen bij de groep leerlingen van Jezus. Dit is wat hen kenmerkt: 1 Ze blijven trouw aan het onderricht van de apostelen. Over Jezus die voor ons is gestorven en voor ons is opgestaan uit de dood. 2 Ze vormen met elkaar een hechte groep. Ze zorgen voor elkaar en nemen het op voor elkaar. 3 Ze breken het brood. Ze vieren trouw het heilig avondmaal. Om hun Heer Jezus Christus in zijn zelfovergave voor hen te gedenken. 4 Ze wijden zich aan het aanbidden van God de Vader en Jezus zijn Zoon.

Hier proef je weer Gods goede begin. Daar zal gauw genoeg van allerlei kanten de klad in komen. Het blijven mensen. Mensen die neigen naar alles wat tegen God en tegen het mens zijn ingaat. Maar toch: Jezus zal ervoor zorgen dat er altijd en overal leerlingen van Hem zullen zijn die anders zijn. Die wel weer laten zien hoe God de mens bedoeld heeft. Die niet leven ten koste van zichzelf, hun medemens en Gods schepping. Bij wie het leven juist ruimte krijgt en opbloeit. Het leven voor de aarde en voor de mensen die daar op wonen.

Dat is een prachtige taak. God wil mensen gebruiken in zijn goede beheer van zijn schepping. In zijn liefde voor de aarde en de mensen die daarop wonen. God wil ook jou daarvoor inzetten. Kom daarvoor elke dag bij God. Laat Jezus Heer zijn over jouw leven. Ontvang van Hem de Geest van God. En als je die ontvangen hebt, laat Hem dan steeds jouw leven vullen.
Amen

Liturgie morgendienst:
Votum en groet
Zingen: Zingende Gezegend 183: 1.2.3.4 [De adem Gods beroert de aarde.] Op de melodie van Ps.67
Wet
Zingen: Gereformeerd Kerkboek Ps.104: 8
Gebed
Lezen: Handelingen 2,1-16. 22-24. 32-39. 41-42
Zingen: Nieuw Liedboek voor de Kerken 678: 1.2.3.4.5 [Vrees niet gij land, verheug u en wees blijde] = Liedboek voor de Kerken Gez.39
Tekst: Handelingen 2,39
Preek
Zingen: Zingende Gezegend 185: 1-7 [O Geest van God, die wind en vuur] (Op de melodie van Liedboek voor de Kerken 397: O God die droeg ons voorgeslacht.) Beurtzang: 1A 2M 3V 4A 5M 6V 7A
Dankgebed en voorbede
Collecte 1: Avondmaalscollecte voor de diaconie
Lezen formulier 5 viering HA: instelling, Christus gedenken, gemeenschap en verwachting
Gebed
Zingen: Gereformeerd Kerkboek Gez.108 [Halleluja, eeuwig dank en ere]
Opwekking
Viering
Dankgebed
Collecte 2: Kerk
Zingen: Opw.710 [Zegen mij op de weg die ik moet gaan]
Zegen