scherp zien/ preek (Marcus 8,22-26)

Kun jij scherp zien? Ik zonder bril niet meer. Ik heb een bril nodig om te kunnen lezen. Ik heb ook een bril nodig om ver weg scherp te kunnen zien. Zonder bril zie ik wazig. Jezus maakt een man die blind is beter. Hij neemt geen genoegen met wazig kijken. Hij wil dat de man scherp ziet. Wat leert Jezus ons daarmee?

Preek over Marcus 8,22-26:

Gemeente waar Jezus zoveel van houdt, gasten en luisteraars,

Als jullie goed kunnen zien, dan zie je dat ik een bril op heb. Tien jaar geleden had ik nog geen bril. Totdat mijn vrouw op een dag zei: “Jij hebt een bril nodig.” Als ik in de kerk uit de Bijbel ging lezen, dan ging ik steeds meer turen om goed te zien wat er stond…
Veel mensen hebben vanaf hun 50e een leesbril nodig. Inmiddels heb ik ook een bril nodig voor verder weg kijken. Als ik mijn bril afzet dan zie ik wazig…

In de preek kijken we naar Jezus die een man die blind is beter maakt. Dat doet Hij op een bijzondere manier. Het is net als bij een gelijkenis. In gelijkenissen spreekt Jezus in raadselachtige woorden en beelden. Wie oren heeft moet goed luisteren. Anders krijg je er niks van mee. Hier geneest Jezus een man en dat doet Jezus met beelden vol symboliek. Laat wie ogen heeft goed kijken. Anders krijg je er niks van mee.

De genezing van deze blinde staat niet op zichzelf. Als de man straks genezen is, dan kan hij scherp zien. Wat ziet hij dan? Dan ziet hij Jézus, zijn heelmeester. Na deze genezing gaat Jezus op reis en onderweg vraagt Hij aan zijn leerlingen: “Wie zeggen de ménsen dat Ik ben?” De antwoorden zijn heel verschillend. Daarna vraagt Jezus aan zijn leerlingen: “Wie zeggen júllie dat Ik ben?” Dan is het antwoord heel scherp, heel precies: “U bent de Messias!”

Eerst geneest Jezus een blinde. Daarin laat Hij zien: Het komt aan op scherp zien. Daarna vraagt Jezus aan zijn leerlingen wie Hij is. Ook dan komt het aan op scherp zien. De genezing van de blinde fungeert als inleiding op de vraag wie Jezus is!

We gaan kijken wat er gebeurt bij de genezing van de blinde.
Mensen brengen een blinde bij Jezus. Ze vragen Jezus of Hij deze blinde wil aanraken. Dat is niet zomaar een vraag. Of Jezus hem een hand wil geven. Of een aai over het hoofd. Met aanraken bedoelen ze dat Jezus die man door middel van een aanraking genéést. Soms kwamen er ménsen die Jezus aanraakten in het vertrouwen dat Hij hen zou genezen. Andere keren raakte Jézus mensen aan en zij werden meteen genezen.

Jezus pakt de blinde bij de hand. Hij raakt hem aan. Maar de blinde wordt niet beter! Jezus maakt deze blinde niet meteen beter door aanraking. Jezus doet iets anders. Als Hij die blinde bij de hand gepakt heeft, dan neemt Hij hem mee naar buiten het dorp. De blinde laat zich leiden. Buiten het dorp maakt Jezus de blinde beter.

We gaan nu kijken naar de manier waarop Jezus de blinde weer het zicht in de ogen geeft. Jezus geneest hem niet door één aanraking, of door middel van één woord, maar Jezus geneest deze man in fasen!

Kijk maar mee. Jezus zet twee stappen in het proces van het beter maken van deze man.
In de eerste stap doet Jezus drie dingen: Hij spuugt op de ogen van de man, Hij legt de handen op de spuug en op de ogen van de man, daarna vraagt Hij de man: “Wat zie je?”

De man die blind was ziet weer iets. Blijkbaar had hij zijn hoofd naar beneden. Nu richt hij zijn hoofd op en kijkt. Hij zegt: “Ik zie mensen, het zijn net bomen, maar ze lopen rond.”
Die man heeft als hij blindgeboren is nog nooit bomen gezien. Maar hij heeft ze wel gevoeld. Hoe ze hoog opgroeien. Hij ziet nu dus wel iets. Maar er is een probleem: hij ziet nog wazig!

Dan zet Jezus de tweede stap: Hij legt de man opnieuw de handen op, en Hij maakt dat deze man weer kan zien. Marcus maakt dat weer zien concreet op twee punten:
Het eerste is: De man werd hersteld. Zijn ogen deden het weer.
Het tweede is: de man onderscheidde nu alles scherp. Het gaat hier over ook op afstand of vér scherp kunnen zien. Deze man was blind en kan weer helemaal zien. Hij heeft geen leesbril nodig voor kijken dichtbij. Hij heeft ook geen bril nodig voor scherp kijken verder weg.
Zijn ogen functioneren weer helemaal goed.

Jezus geneest in twee stappen. Eerst zag de man wazig. Dan ziet de man weer scherp. Zelfs in de verte kan hij scherp zien.

Andere keren dat Jezus mensen beter maakt lezen we vaak dat Hij hen meteen geneest. Door één aanraking, of zelfs door één woord. Deze keer geneest Jezus op een bijzondere manier. Met beeldtaal. Jezus wil ons daar iets mee leren.

Weet je nog waar het verband over ging? Dat was deze vraag: Wie is Jezus?! Naar die vraag gaat het straks toe. Wie is Jezus? Niet wie is Hij wazig of vaag, maar wie is Jezus precies?

Jezus is de Messias, de Zoon van God. Maar uit onszelf kunnen wij Jezus helemaal niet zien als de Messias en als Gods Zoon. Gód moet ons de ogen daarvoor openen.
Uit onszelf verzetten wij ons tegen Jezus. Dat doen niet alleen de Farizeeën die Hem dood willen hebben. Dat zit in mensen van nature, na hun weglopen bij God vandaan.

Toen wij bij God vandaan liepen beloofde redding. God beloofde een Reddér!
Die Redder is gekomen in de Persoon van Jezus Christus! Gods eigen Zoon. Als Hij mensen redt en als Hij mensen weer terug bij God brengt, dan is het ontzettend belangrijk dat wij Hem ook echt als de beloofde Redder zien. Want alleen als we Hem als de beloofde Redder van God zien en erkennen, dan kunnen we ons door Hem láten redden.

Om Jezus scherp en duidelijk te kunnen zien zijn een paar dingen nodig. Wat nodig is dat leren we van deze geschiedenis waarin Jezus een blinde man geneest en hoe Hij dat doet.

Jezus laat zien: het komt aan op scherp zien. Voor echt scherp zien is nodig:
-dat wij erkennen dat alleen Jezus ons scherp kan laten zien.
-dat wij ons door Jezus zelf bij de hand laten nemen en laten leiden.
-dat we scherp stellen op Jezus zelf.

Als de genezen blinde scherp kan zien, dan is de eerste mens die hij scherp en duidelijk ziet Jézus. En via Jezus kan hij verder kijken. Zelfs in de verte kan hij scherp zien. Alleen door Jezus.

Dus alleen DANKZIJ Jezus kunnen wij scherp zien.

Jezus leert ons om scherp te zien NAAR Hem. Wie Hij precies is. De beloofde Redder van God. Met de bedoeling dat wij Hem als zodanig ook aanvaarden en vertrouwen. Zoals Petrus straks zal belijden: “U bent de beloofde Messias.”
En alleen VIA Jezus kunnen wij scherp zien. Ook verder weg, naar de mensen om ons heen, onze dichtbije naasten. En nog verder, ook onze verre naasten.

In het midden staat Jezus zelf. Kijk naar Jezus. Wil je weten wat echt belangrijk is in het leven? Wil je onderscheiden waar het op aankomt in de zin en in de betekenis van het leven? Focus dan steeds op Jezus. Paulus zegt dat in Kolossenzen 3,1-4 op deze manier: “Als u nu met Christus uit de dood bent opgewekt, streef dan naar wat boven is, waar Christus zit aan de rechterhand van God. Richt u op wat boven is, niet op wat op aarde is. U bent immers gestorven, en uw leven ligt met Christus verborgen in God. En wanneer Christus, uw leven, verschijnt, zult ook u, samen met hem, in luister verschijnen.”

Is dat ook de manier waarop wij leven? Is dat waar we naar verlangen en om bidden? Hoe is jouw blikrichting? Kijk je alleen naar beneden? Naar alles wat hier op aarde is? Bijvoorbeeld naar rijkdom en bezit en naar je bezorgdheid om dat weer te verliezen? Of kijk je naar Jezus daarboven in de hemel?

Als je echt leeft op de manier dat je steeds opkijkt naar Jezus in de hemel, dan ga je niet lós van de aarde zweven. Juist niet. Alleen als je steeds opkijkt naar Jezus in de hemel kun je óp deze aarde er voor andere mensen zijn. Alleen als je Jézus voor ogen houdt, en wie Hij is, dan kun je echt vanuit God een zegen voor andere mensen zijn.

Nadat Jezus de man heeft genezen doet Hij nog iets opvallends. Hij zégt iets opvallends. Jezus stuurt de man naar huis en zegt: “Niet het dorp in gaan!” Andere handschriften zeggen er nog bij: “Niet tot iemand spreken!” Blijkbaar woonde die man zelf buiten het dorp. Maar ook als hij later wel weer het dorp ingaat om boodschappen te doen, dan mag hij niet praten over wat er gebeurd is.

Dit is een opvallende uitspraak van Jezus. Dat Jezus dit zo zegt heeft te maken met het verband van deze gebeurtenis. Straks zal Jezus aan zijn leerlingen vragen wie Hij is en Petrus zegt namens hen: “U bent de Messias.” Vanaf dán begint Jezus zijn leerlingen expliciet te zeggen dat Hij zal moeten lijden en sterven. Wie is Jezus echt? Wil dat je heel scherp zien, dan kun je niet om zijn lijden en sterven heen!

Niet lang na deze genezing is Jezus gekruisigd, gestorven en begraven. Hij is opgestaan uit de dood. Daarna is Hij naar de hemel gegaan. Hij stuurde vanuit de hemel samen met zijn Vader de heilige Geest. Vanaf dát moment moesten Jezus’ leerlingen er wél op uit gaan: Vanuit Jeruzalem, naar Judea, Galilea en Samaria en de hele aarde over!
Jezus verbiedt deze man zijn dorp in te gaan. Maar Jezus stuurt later zijn leerlingen zelfs de hele aarde over. Dat verschil heeft te maken met scherp zien wie Jezus is.

Na Pinksteren ontvangen Jezus’ leerlingen de heilige Geest. Die Geest leidt hen in de volle waarheid. Dat is de volle Jezus. Alles waarvoor God Hem heeft gestuurd. Alles wat Jezus heeft gedaan. Juist ook in zijn lijden en sterven, en zijn opstaan uit de dood. Het zware werk van de Messias is volbracht.

De Geest helpt Jezus’ leerlingen om dát helder te krijgen en te aanvaarden voor zichzelf, en om Jezus zó aan de mensen voor te houden: als Gods geliefde Zoon die zijn leven gaf voor ons, om ons weer het zicht op God te geven.
Wie Jezus, de Zoon van God, gezien heeft, die heeft de Vader gezien.
Wie Jezus maar een beetje wazig heeft gezien, die heeft God de Vader maar een beetje wazig gezien. Maar wie Jezus scherp gezien heeft, die heeft ook zijn Vader scherp en duidelijk gezien. In zijn diepe liefde voor ons.

Als je straks het avondmaal viert, kijk dan in je geest naar Jezus in de hemel. De Zoon van God. En aanbid Hem en in Hem de Vader. Aanbid God door de heilige Geest. Om wie Hij is. En voor zijn diepe liefde voor ons.

Weet je dóór Jezus gezien. Laat je bij de hánd nemen door Jezus. Laat Hem jouw blik schérp stellen. Op Hem zelf, Christus jouw leven, die zit aan de rechterhand van God.
Leef elke dag op die manier. En laat je dan door Hem zénden. Laat Hem ook jou gebruiken richting andere mensen… als eyeopener… voor Jezus de Messias!…
Amen

Liturgie:
Votum en groet
Zingen: Gereformeerd Kerkboek Ps.146: 3.6.8
Wet
Zingen: Gereformeerd Kerkboek Ps.25: 5.7
Gebed
Lezen: Marcus 8,22-31
Zingen: Gereformeerd Kerkboek Gez.89: 1.4 [Jezus leven van mijn leven]
Tekst: Marcus 8,22-26
Preek
Zingen: Johan de Heer Gez.150: 1.2.3 [Welk een vriend is onze Jezus]
Dankgebed en voorbede
Collecte 1: avondmaalscollecte voor de diaconie
Lezen formulier 3 voor de viering van het heilig avondmaal: instelling, Christus gedenken, één zijn, verwachten
Gebed
Viering
Zingen: Liedboek voor de Kerken Gez.75: 14 [uit het lied: U kennen, uit en tot U leven]
Dankzegging
Collecte 2: kerk
Zingen: Gereformeerd Kerkboek Gez.158 [Als een hert]
Zegen