God de Heer is oneindig veelkleurig. Dat kun je ook zien in zijn schepping. We leren Hem nog meer kennen uit de Bijbel. En bij uitstek door zijn Zoon Jezus. Wij kunnen God niet zien. Maar Hij laat zich ook zien door zijn gemeente waar zijn Geest woont die haar siert met veelkleurige gaven.
Preek over 1 Korinte 12,1-11
Gemeente waar Jezus zoveel van houdt, gasten en luisteraars,
Als je met Word-Art mooie letters maakt op je computer dan kun je die letters één voor één inkleuren. Je kunt daarvoor kiezen uit diverse kleuren. Als je klikt op ‘meer kleuren’ dan krijg je een palet boordevol kleuren waar je uit kunt kiezen. Zo kleurrijk, nee oneindig veel rijker aan verscheidenheid is God de Heer!
Als je kleurenblind bent zie helemaal geen kleuren of maar een beperkt aantal kleuren. Maar als je vertrouwt op God dan zal Hij je als Jezus komt het volle zicht in je ogen geven. Dan kun jij ook de kleuren die Hij gemaakt heeft zien. Álle kinderen van God zullen straks op de nieuwe aarde hun ogen uitkijken trouwens.
God heeft een wereld vol kleur gemaakt. Dat zegt iets over God. De meest kleurrijke persoon in het universum is God zelf. Alleen: wij kunnen God niet zien. Maar door zijn kleurrijke schepping laat God iets van zichzelf zien. En daarnaast vooral door de Bijbel en door zijn Zoon. Er is nog iets. God heeft ook mensen die in Hem geloven. Zijn Zoon Jezus zet die mensen bij elkaar in de kerk. God laat zijn machtige veelkleurigheid ook zien door zijn kerk.
God de Heer is oneindig wijs, goed, rijk, gevuld. Iets daarvan zie je in de gemeente. En weet je: de rijke veelkleurigheid van God die zie je vooral in de gáven die God door zijn Geest aan de gemeente geeft. Daar gaat de preek over.
Onderwerp: DE GEEST VAN JEZUS CHRISTUS GEEFT VEELKLEURIGE GAVEN AAN GODS KERK.
–
Paulus schrijft aan de gemeente van Korinte. Hij reageert in zijn brief op thema’s die de gemeente van Korinte heeft aangedragen of die daar spelen. Een van die thema’s is: de dingen van de Geest. Dat is een onderwerp dat ook voor ons actueel is. Alleen al omdat we vandaag het Pinksterfeest vieren. We gedenken dat God de Vader samen met zijn Zoon Jezus de heilige Geest heeft uitgestort. Op de leerlingen van Jezus. De Geest kwam niet alleen óp hen, Hij kwam ook ín hen. Hij vervulde hen. Hij liet hen vertellen van de grote dingen die God gedaan had door Jezus.
Als je op straat mensen vraagt naar het Pinksterfeest dan staan veel mensen met de mond vol tanden. Als je het hebt over de heilige Géést, dan zijn er ook veel chrístenen die wazig kijken. Er is veel onbekendheid met het werk van de Geest: Wat en wie is de Geest? Maar Paulus zegt: “De dingen van de Geest daar moet je niet ónbekend mee zijn, maar békend!” Daarom schrijft hij daarover aan de gemeente van Korinte. Wij kijken vandaag naar het beginstuk daarvan.
–
Denk eens aan een ketting met schakels. Als je één schakel vastpakt, dan heb je de hele ketting vast. Die schakels horen bij elkaar. Zo is er één God. En tegelijk is die ene God onderscheiden in Vader, Zoon en Geest. Die drie zijn niet los verkrijgbaar. Ze horen bij elkaar. Samen zijn ze de ene ware God. *Geloof jij in Jezus Christus als jouw Redder en Heer? Jezus is de Zoon van God. Hij brengt jou bij zijn Vader. Je mag met Hem mee God jouw Vader noemen. *Als je vertrouwt op Jezus dan heb jij ook de heilige Geest ontvangen! De Geest van God.
God is de ene God, Vader, Zoon en Geest. Je kunt niet wel de Vader willen, maar niet zijn Zoon Jezus. Je kunt niet wel Jezus willen, maar niet de heilige Geest. Als je je toevertrouwt aan God dan geeft Hij zich helemáál aan jou, én Vader én Zoon én Geest.
Soms zeggen mensen: “Ik heb niks met Jezus.” Of: “De heilige Geest zegt me niks.” Als dat bij jou zo is, dan moet dat veranderen. De ene God maakt zich bekend als drie-enige. Zo wil Hij door ons gekend worden.
Daar hoort ook bij dat wij de heilige Géést leren kennen. Niet alleen mooie theorieën over de heilige Geest, maar de heilige Geest uit de praktijk van ons leven van elke dag.
Ben je onbekend met de Geest van God? Wie Hij is en hoe Hij werkt? Het mooie is: Je hoeft niet bang voor Hem te zijn. Hij is niet iemand die je bij God vandaan zal halen. En bij Jezus en het goede nieuws dat je alleen gered wordt door Hem. De heilige Geest heeft geen eigen programma. Hij komt juist namens de Vader en Jezus en Hij verbindt je juist sterker aan hen.
Er is nog iets: Als je je vertrouwen op Jezus Christus hebt gesteld, dan heb je de heilige Geest ontvangen. Jezus en de Geest zijn niet los verkrijgbaar. Paulus zegt dat niemand door toedoen van de Geest van God Jezus kan vervloeken, en dat we alleen Jezus als Heer kunnen erkennen door de heilige Geest.
De gemeenteleden uit Korinte liepen vroeger straal de afgoden achterna. Toen stuurde God zijn gezanten met Gods goede nieuws: dat God je door Jezus terugbrengt bij Hem, de echte God. Toen gingen ze op Jezus vertrouwen. Daar heeft de heilige Geest voor gezorgd! Hij bracht hen tot geloof. Als Hij je tot geloof brengt dan komt Hij ook in je wonen.
Er is dus geen onderscheid tussen gelovigen die wel de Geest hebben en gelovigen die niet de Geest hebben! In de gemeente van Korinte waren sommige gelovigen die van de anderen zeiden dat zij de heilige Geest niet hadden ontvangen. Maar wie zijn wij om te zeggen dat sommige gelovigen niet de Geest hebben? Bijvoorbeeld omdat wij bij hen denken geen gaven van de Geest te zien? Of niet de gaven waar wij gewicht aan hechten? Dat oordeel past ons niet!
Kunnen christenen de gaven van de Geest dan niet ontkennen en onderdrukken? Dat kan, maar dan moeten we niet zeggen: “Jullie hebben de Geest niet ontvangen”, maar: “Weet je wel wat het betekent dát je de heilige Geest hebt ontvangen?” Spreek hen dan niet aan op hun ongeloof. Daar mobiliseer je mensen niet mee. Maar overtuig hen door hen te wijzen op hun gelóóf! Je geloof toch in Jezus? Dat kun je alleen doen door toedoen van de heilige Geest. Jezus is niet los verkrijgbaar. Als je in Hem gelooft dan heeft Hij je ook de heilige Geest gegeven. Sta Hem dan ook toe met zijn Geest in jou te komen, je te vervullen en door jou heen te werken!
–
Met Paulus mee kijken we nu naar de gaven van de Geest.
God de Heer beschikt over een rijk palet aan mogelijkheden die Hij mensen geeft om te gebruiken. In al zijn volheid komt God naar ons toe en verbindt Hij zich aan ons. Als Vader, Zoon en Geest. Met handenvol gaven. Die gaven noemen we gaven van de Geest of genadegaven. In het Grieks heten ze ‘charismata’. God geeft ze aan Jezus’ leerlingen door de heilige Geest. Het gaat in die gaven om genade. Het woord ‘charis’ zit er in. Dat betekent genade. De gelovigen krijgen ze gratis. Ze krijgen ze met de bedoeling om elkaar daar belangeloos mee te dienen.
Er zijn veel genadegaven. Paulus noemt een aantal voorbeelden.
1 Een woord van wijsheid.
Je zit ergens mee als gemeente of als broeder of zuster van de gemeente. Dan is er iemand met een wijs woord. Daar heb je wat aan. Het is raak. Het helpt je verder. Soms heb je van die wijze broeders of zusters in de gemeente. Als je om raad verlegen zit, dan ga je naar hen toe voor advies.
Spreuken 8 voert de wijsheid in als een persoon. Jezus is de wijsheid in eigen persoon! Zie je wel: de Geest en Jezus kun je niet tegen elkaar uitspelen. De wijsheid die de Geest aan mensen geeft, die heeft Hij van Jezus!
2 Een woord van kennis.
Wijsheid doet mij meer denken aan: Als je ergens niet uitkomt, wat is dan de goede richting? Kennis doet mij meer denken aan: Hoe zit het ook alweer? Hoe steekt dit in elkaar? We weten hier te weinig van, wie heeft er verstand van? O zo werkt dat dus. Geef ons de nodige instructie. Laat ons verbanden zien. Of achtergronden. Zulk soort vragen.
Als er íemand kennis van zaken heeft dan is Jezus dat. Niemand kent de Vader dan de Zoon. Jezus kent God, Jezus kent zichzelf, Jezus kent de mens. God doorgrondt ons. Jezus ook. Logisch, want door Jezus heeft God hemel en aarde, mens en dier gemaakt. Wil je meer daarover weten, dan moet je bij Hem zijn.
3 Geloof.
Geloof is aan de ene kant iets dat elke gelovige bezit, door de genade van de heilige Geest. Geloof in deze zin, dat je je vertrouwen op Jezus Christus stelt. Maar hier gaat het over een speciale gave van geloof. Ik denk dan aan sommige mensen bij wie we denken: Wat een geloofsvertrouwen straalt die man of vrouw uit. Zo eenvoudig. Of zo gelovend als een kind. Of in moeilijke omstandigheden toch een rotsvast vertrouwen hebben en dat uitstralen. Dat is een heel eigen geschenk van de Geest God.
Als dat een speciale gave is, zeg of denk dan niet: Dat móet ik ook. Geloofsvertrouwen in Jezus ontvangen álle gelovigen van de Geest. Maar niet iedereen heeft die speciale genadegave. Ga je niet vergelijken met een ander. Leg geen meetlat bij jezelf. Wees tevreden met het geloof dat jij van God hebt gekregen.
Het grootste geloof had Jézus. Hij zet zich daarmee niet tegen ons af. Hij wil ons juist leren elke dag op Hem te vertrouwen. Jezus zegt ook: “Als jullie geloof hebben als een mosterdzaadje dan kunnen jullie bergen verzetten!”
4 Genadegaven van genezingen.
Het gaat hier over meerdere gaven. Voor elke genezing heb je blijkbaar een afzonderlijke gave nodig. Je kunt nooit zeggen: dit kan ík. Juist bij genezingen moet je zeggen: het is uitsluitend het werk van de Geest van de Heer. Elke genezing weer.
Jezus maakte mensen beter. Hij genas allen die bij Hem gebracht werden. In totaal genas Hij heel veel mensen. Wij zijn Jezus niet. Jezus kan wel door ons heen werken. Jezus geeft zijn leerlingen ook de volmacht om zieken te genezen. Via de uitzending van de 12 apostelen en de uitzending van 70 of 72 leerlingen gaat het naar de belofte aan al zijn leerlingen: God zal hen steunen bij de uitvoering van hun opdracht om het evangelie te verkondigen. Dat zal God doen door tekenen en wonderen: op zieken zullen zij de handen leggen en zij zullen genezen worden (Marcus 16,18).
Dat betekent niet dat alle zieken hier op aarde lichamelijk beter worden. In de praktijk is er ook meer genezing dan lichámelijke genezing alleen. Er bestaat ook ínnerlijke genezing. Soms zijn mensen daar nog blijer mee. De Bijbel is er eerlijk over dat niet allen beter worden. Epafroditus was ziek, Trofimus ook. En Paulus had een doorn in het vlees die God niet weg nam, ook al had Paulus daar driemaal om gevraagd. Maar in het spoor van de verkondiging van het evangelie over de aarde dáárin zullen er wonderen volgen. Die wonderen die God nodig acht om zijn goede nieuws kracht bij te zetten. Zodat mensen zich gewonnen geven aan Jezus.
5 De kracht om wonderen te verrichten.
Dat gaat over iets dat stroomt en bezielt. Er komen krachten vrij. De Geest geeft je Gods kracht waardoor je buitengewone krachten of wonderen kunt verrichten. Denk aan Simson die heel sterk was zolang hij zijn haar niet liet afscheren. Of aan Elia en Elisa die wonderen verrichten, zelfs doden opwekten. Als één ding duidelijk is: dat deden ze niet uit zichzelf, maar vanuit de kracht van God! Het mooie is: dan krijgen zij ook niet de eer, maar God krijgt alle eer.
Als íemand zulke krachten ontving, dan was Jézus dat! Hij was vol van Gods Geest. Gods Geest bezielde Hem en stroomde krachtig door Hem heen. Jezus blokkeerde de Geest van God niet, maar liet Hem vrijuit stromen. Gód deed veel wonderen door Jezus. Kijk maar, steeds staat er: toen de mensen dat zagen gaven aan Gód de eer!
Als er vandaag mensen zijn die zeggen namens God krachtige wonderen te doen dan kun je onderscheiden of zij uit God werken of niet door te kijken naar de uitwerking van hun daden: Geven mensen na dat wonder aan God de eer? Dan handelen ze namens Hem. Trekken zulke mensen alle aandacht naar zichzelf toe of gaat het hen alleen om het geld van wie hen opzoeken, dan handelen ze niet vanuit God.
6 Profetie.
Blijkbaar is die profetie nog weer iets anders dan een woord van wijsheid of een woord van kennis. Een profetie is meer een gericht spreken van God over verleden, heden of toekomst. Een belofte, bemoediging, waarschuwing of bedreiging. In het nieuwe testament was er een profeet die Agabus heette. Hij kondigde een hongersnood aan, deze is ook gekomen. Profetieën in het oude testament gaven vaak een beoordeling van het leven en gedrag van Gods volk, met bijpassende consequentie in verleden (daarom ís het zo gebeurd) of voor de toekomst (als jullie niet jullie leven beteren, dan zal dat gebeuren).
Jezus is onze grote profeet. De Heidelbergse Catechismus zegt: Jezus is onze hoogste profeet en leraar. Wij delen met Jezus in zijn gezalfd zijn met de heilige Geest. Daardoor zijn wij ook profeten. Om als profeet zijn Naam te belijden. Dat laatste is iets dat geldt voor alle volgelingen van Jezus. Daarnaast is er dus ook een speciale genadegave van profetie. Daarin krijg je direct van God een specifiek en gericht woord voor iemand of een groep.
7 Onderscheiden van geesten.
Er zijn meerdere geesten. De goede Geest van God, maar ook kwade geesten. Die moet je wel kunnen onderscheiden. Denk aan profetieën: komen die van God of niet? Ook boze geesten hebben macht gekregen. Ze kunnen net doen alsof ze goede geesten zijn! Zo kunnen ze Gods kerk en de gelovigen op een dwaalspoor brengen. Met halve waarheden en het verdraaien van woorden. Daarom is het erg belangrijk dat er gelovigen zijn die de gave hebben om de geesten te onderscheiden. Voor het maken van zulk onderscheid vind je een stevig houvast in de Bijbel. Jezus pareerde satan, het hoofd van de boze geesten, ook vanuit Gods Woord!
Jezus had als niemand anders de gave van het onderscheiden van de geesten. Mee door de heilige Geest! Diezelfde Geest geeft Hij aan zijn leerlingen. Wat een opluchting. We staan er niet alleen voor in de strijd in de lucht die woedt.
8 Soorten van talen.
Talen zijn er sinds de spraakverwarring rond de torenbouw van Babel in veel soorten. De Geest kan die verwarring opheffen. Hij kan maken dat mensen elkaar verstaan! Dat kan in diepe geestelijke zin. Dat als je andere christenen tegenkomt je ervaart dat je één bent. Het kan ook op deze manier dat de Geest een speciale gave geeft. *Dat iemand opeens een buitenlandse taal beheerst voor korte of langere tijd. Zo gebeurde het op de Pinksterdag: Jezus’ leerlingen spraken in andere talen die ze eerst niet kenden. *Maar er is nog iets. In 1 Korinte 13,1 noemt Paulus ook talen van engelen. Blijkbaar kan de Geest ook als speciale gave aan mensen een engelentaal geven. Dat kun je niet sturen. Laat staan aanleren. Maar opeens spreek je in een taal die jezelf niet kunt verstaan. Bijvoorbeeld als God je in een moeilijke of spannende situatie moed wil inspreken door jou zulke woorden te laten spreken. Dat je daarin je verbonden zijn met Hem mag ervaren.
De Bijbel zegt er niets over dat Jezus in tongen sprak. Hij sprak gewoon de taal van de mensen! Niet dat Hij nooit bemoediging nodig had. In Getsemane stuurde God zelfs een engel om Hem te bemoedigen. Maar Jézus’ taak was het goede nieuws van God verkondigen. Daar heb je niks aan als je bijvoorbeeld tegen Nederlanders Chinees gaat praten. Of engelentaal.
9 Uitleg van talen.
Gelukkig geeft de Geest ook een gave van het kunnen uitleggen van zulke vreemde talen. In dat geval wordt die gave van het spreken in vreemde talen ook nuttig voor de mensen om je heen. Het eerste is niet verkeerd. Het kan heel bemoedigend zijn in je persoonlijke verbondenheid met God. Maar alleen met uitleg erbij heeft de geméénte er iets aan.
–
Wat zijn er veel gaven. Dit is niet eens een volledige lijst. Toch: de ene gave is niet meer dan de andere, want ze komen van dezelfde Geest! Sommige gaven zijn dingen die wij als heel natuurlijk zien. Andere ervaren wij als meer bovennatuurlijk. Maar alle gaven krijgen we van boven. En ze worden ons niet gegeven om boven andere mensen te gaan staan of los van de aarde te gaan zweven, maar juist om meer echt mens te worden. Gewoon met beide benen op de grond. Dáárin naast elkaar staan, elkaar steunen en helpen. Midden in de gebrokenheid van ons bestaan!
God de Heer beschikt over een rijk palet aan mogelijkheden die Hij mensen geeft om te gebruiken. Verscheidenheid aan gaven in de gemeente laat iets van zijn rijkheid zien!
Stel je voor dat wij niet aan zijn veelkleurige gaven willen. Dat we zeggen: Gaven is alleen iets van vroeger. Of in onze kerk als alleen maar plek voor één bepaalde soort gaven, de rest willen we niet. Weet je wat er dan gebeurt?
-Dan doe je af aan de eer van Gód! Dan is het net alsof je een veelstemmig harmonieorkest hebt en van jou mogen bijvoorbeeld alleen de trompetten en het slagwerk meedoen. Maar God geeft juist al zijn gaven tot zijn eer!
-Dan doen we niet alleen tekort aan de eer van God. Dan doen we ook tekort aan het wezen van de kérk van God, de gemeente van Christus! We maken dat die minder (!) God de Heer kan weerspiegelen! Maar God bóuwt zijn kerk door middel van de gaven!
Wat als wij van die gaven die Paulus noemt er weinig zien in onze gemeente? Doen wij dan iets verkeerd? Nou, aan de ene kant geldt: de lijst die Paulus noemt is niet uitputtend. Het kan ook zijn dat de Geest aan onze gemeente ándere gaven heeft gegeven. Tegelijk is het goed om te beseffen dat er belemmeringen bestaan waardoor we gaven missen. En om te kijken of wij die belemmeringen ook opwerpen.
Zulke belemmeringen zijn bijvoorbeeld deze:
-We doen niet aan getuigen van Christus in de samenleving. Dat is een grote belemmering. God gaf zijn gaven juist om het getuigen van Hem te onderstrepen. Zonder getuigenis zal er geen manifestatie van gaven zijn!
-We zeggen dat zulke gaven alleen iets van vroeger zijn of alleen voor de apostelen bijvoorbeeld. De Bijbel laat een andere lijn zien: uitbreidend naar álle gelovigen.
-We geloven niet in bovennatuurlijke gaven en krachten en dat God wonderen kan doen.
-We gebruiken gaven om ons af te zetten tegen andere gelovigen in plaats van elkaar ermee te dienen. Feitelijk zijn het dan geen genadegaven meer. We halen de genade er uit.
Wat belangrijker is dat is dit: Hoe kunnen we groeien in gaven ontdekken en gebruiken? Kijk niet alleen naar belemmeringen. Kijk vooral naar groeimogelijkheden. Bijvoorbeeld deze:
-Vertrouw op God. Vertrouw je toe aan Jezus. Laat je vullen met zijn Geest.
-Sta Gods Geest toe dat Hij kiest welke gaven Hij je geeft. Schrijf Hem daarin niets voor. Ook al denk je dat het niet bij jou past: Hij weet het beter dan jij. Ook al lijkt het je eng: Hij kan je vrijmoedigheid leren.
-Ken de gaven van de Geest die de Bijbel noemt.
-Erken en vertrouw dat God dezelfde is gister, vandaag en morgen.
-Schaam je niet voor Jezus Christus, maar laat je door God gebruiken om te getuigen van Hem in woord en daad.
Zo eer je Hem, je dient elkaar, en je laat zijn licht schijnen in de wereld.
Amen
Liturgie:
Votum en groet
Zingen: NLB 683: 1.2.3.4 ’t Is feest vandaag, ’t is Pinksterfeest. (op de melodie van LvK 397 O God die droeg ons voorgeslacht)
Wet
Zingen: Opw.389 Create in me a clean heart (allen)
Zingen: Zingende gezegend 183: 1.2.3.4 De adem Gods beroert de aarde. (op de melodie van Ps.67)
Gebed = Zingen: NLB 680: 1.2.3.4.5 Kom heilige Geest, Gij vogel Gods
Lezen: Handelingen 2,1-4
Lezen: Romeinen 12,1-8
Zingen: NLB 678: 1-9 Vrees niet gij land
Tekst: 1 Korinte 12,1-11
Preek
Zingen: Gereformeerd kerkboek Gez.103: 1-9 O Schepper Geest woon in uw kerk
Dankgebed en voorbede
Collecte
Zingen: Zingende gezegend 75: 1.2.3.4 Geef Heer uw volk vrijmoedigheid
Zingen: Gereformeerd kerkboek Gez.167: 1.2.3 Samen in de Naam van Jezus
Zegen
Liturgie middagdienst:
Votum en groet
Zingen: Gereformeerd kerkboek Ps.103: 1.2.3.9
Gebed
Lezen: Handelingen 2,1-4
Lezen: Romeinen 12,1-8
Zingen: LvdK Gez.39: 4.5.6 [uit het lied: Vrees niet gij land, verheug u en wees blijde]
Tekst: 1 Korinte 12,1-11
Preek
Zingen: Gereformeerd kerkboek Gez.103: 1-6 [O Schepper Geest woon in uw kerk] Beurtzang: 1A 2M 3V 4A 5A 6A
Geloof: LvdK Gez.258: 1.2.3 [Halleluja lof zij de Heer]
Dankgebed en voorbede
Collecte
Zingen: Gereformeerd kerkboek Gez.105:1.2.3.8.9 [In vuur en vlam zet ons de Geest]
Zegen